‘Schenk de mens niet langer aandacht.
Wat is hij zonder adem in zijn neus?
Wat heeft hij te betekenen?‘
(Uit Jesaja 2 vers 22)
Geciteerd: Het onderzoek van de geschiedenis is teleurstellend. Naspeuringen naar de wijsheid in alles wat onder de hemel geschiedt. Het viel hem niet mee. Als men probeert gereed te komen met het verleden, dan blijkt dat verleden een zware last.
Een zware niet door mensen te dragen last
Ernst maken met het vasthouden van de davidische traditie doet ook denken aan de persoon van David. Deze spreker toont kritische zin. We denken onwillekeurig aan het donkerste moment in Davids leven, toen hij namelijk de zoon van zijn hartsvriend (Jonathan, de zoon van koning Saul) grievend onrecht deed door tot de nederige Mefiboseth te zeggen: ‘Waartoe zou je nog meer woorden spreken? Ik beveel: jij en Ziba delen het land‘, 2 Samuël 19 vers 29.
Het is aangenamer zoiets niet te weten. David kwam thuis na de nederlaag van Absalom. Ziba had de kreupele Mefiboseth ervan beschuldigd, dat hij gepoogd zou hebben weer koning te worden. De laster was belachelijk. Mefiboseth staat hier, invalide als hij is, koninklijk tegenover David. En David gedraagt zich als een ploert. 2 Samuël 19 de verzen 24-30 beschrijven de donkerste bladzij uit Davids levensboek. (1) Wie dit niet opmerkt is gelukkig te prijzen.
Ook het naspeuren van de Verbondsgeschiedenis is een kwade bezigheid. Inderdaad, erkent de tweede spreker, dit is een moeilijke bezigheid die God aan de mensenkinderen gegeven heeft om zich daarmee af te tobben. Het lijkt of de openbaringshistorie kort voor de komst van de Christus donkerder is dan ooit tevoren.
David is er geweest, en hij was ergerlijk en grof en onrechtvaardig tegenover Mefiboseth. Salomo probeerde Jerobeam om het leven te brengen. Onder Mannasse verheidenste het bondsvolk radicaal. De tocht van Josia tegen de Farao blijft een duistere zaak. En Jeremia dichtte klaagliederen.
Het gaat om de winst van/voor het (Bonds)volk
Geciteerd 2: Prediker zal ook gedacht hebben aan de steeds weer blijkende tegenstelling tussen heidens gedrag van het volk en de prediking van de profeten. Wat is er van terecht gekomen? En het gaat toch om de winst van het volk. Men kan niet in hooghartig aristocratisme neerzien op de domme massa, die later genoemd zal worden de schare die de wet niet kent en dús vervloekt is. Want dit aristocratisme helpt ook niet: de enkele edele figuren vallen zo tegen. Een vorstelijk figuur als Jonathan is heel zeldzaam en maakt geen geschiedenis (wordt niet in gedachten gehouden – AJ); zijn verlamde zoon wordt door David beledigd. Als men onder alle daden van mensen naar het doeltreffende en levendbrengende wil zoeken, komt men bedrogen uit.
(Wordt vervolgd!)
(1) Ook het alsnog laten doden van Davids trouwe generaal Joab door Salomo* kan (m.i. – AJ) als zwarte bladzijde genoemd worden in het leven van David. Moest de moord op Abner en Amasa werkelijk alsnog gewroken worden? Vergat David daarbij Gods vergevende genade niet, die hij eerder zelf wel ontving na het met medewerking van opperbevelhebber Joab laten ombrengen van (‘officier’) Uria?
* Zie 1 Koningen 2 de verzen 5-6 en 28-35.
Bron citaten: Boek – ‘Heersende te Jeruzalem‘ – door prof. dr. K.J. Popma (1903-1986)
Zie ook:
- Prediker: De Qohèleth spreekt in de qahaal…
- Prediker: Het voordeel van de wijsheid…
- Prediker: De eeuw in hun hart gelegd…
- Prediker: Sleutel tot verstaan van het boek…
- Prediker: Heersende te Jeruzalem…
Bron afbeelding: Daily Bible Inspirations