Emancipatie – huwelijk, gezin en samenleving

Brief van mw. J. M. Venderbos-Rijken van Olst* te Den Haag aan de vaste Kamercommissie voor Emancipatiezaken te Den Haag, d.d. 5 oktober 1985.
(* Moeder van een gezin met negen kinderen, waaronder twee zwaar gehandicapte zoons, die tot op hoge leeftijd (hun dood?) thuis in en door het gezin zijn verzorgd en begeleid o.a. bij hun scholing)
Het concept-beleidsplan-emancipatie bevat naar mijn mening naast goede elementen ook heel veel, dat tot verontrusting aanleiding geeft Het is goed, dat de overheid wil beschermen tegen achterstelling van vrouwen, tegen onrechtvaardige behandeling, maar er zijn tekenen, die erop wijzen, dat de overheid zichzelf een taak gaat stellen, die een overheid niet past, nl. de samenleving een bepaalde visie opdringen t.a.v. levensdoel en levensbestemming. Dit tast m.i., in strijd met de grondwet, de vrijheid van mensen aan en leidt tot discriminatie van mensen, mannen én vrouwen, die het met deze visie niet eens zijn. Kunt u zeggen of er wel plaats is in de Emancipatieraad voor mensen met een andere visie op emancipatie of worden dezen geweerd?
Zeker heeft ieder mens een eigen verantwoordelijkheid, maar het streven naar individualisering staat haaks op het streven naar solidariteit, verantwoordelijkheid voor elkáár. ”Economische zelfstandigheid” voor ieder individu zal in de praktijk móórdend zijn voor de zorgplicht, ’t zich verantwoordelijk voelen voor elkaar. Trouwens wat is economische zelfstandigheid voor een bijstandsvrouw anders dan verschuiving van afhankelijkheid-van-de-echtgenoot naar afhankelijkheid-van-de-overheid? Machtsmisbruik binnen een huwelijk wordt slechts opgelost door een andere instelling van binnen uit: voorgestelde overheidsmaatregelen werken ’t stuk gaan van huwelijken slechts in de hand; de cijfers bewijzen het… De wijsheid van het goddelijk gebod tot liefhebben en het verbod tot echtbreken blijkt toch oneindig groter dan die van wetswijzigingen ten behoeve van mensen die zelf wel zullen uitmaken wat goed voor hen is.
Man en vrouw zijn weliswaar gelijkwaardig, maar niet gelijk: ze vullen elkaar aan, zijn ieder naar eigen aard geschapen. Gelijkheidsstreven is weerzinwekkend (getuige bv. de opkomende idee mannen via reageerbuisbevruchting draagvader te laten worden!). Binnen het huwelijk behoren man en vrouw in vrijheid de taken te verdelen, in liefdevol begrip voor elkaars mogelijkheden en geaardheid. Het past een overheid zeker niet, tegen de wil van ouders in, door een soort arbeidsplicht voor man èn vrouw ouders te dwingen hun kinderen over te dragen aan andere opvoeders. Op een leeftijd dat deze kinderen de geborgenheid van ’t gezin nog zo zeer behoeven. Veel vragen rijzen, zoals:
1) Hoe moet ’t straks als Ma een fijne baan heeft in Groningen en Pa wordt overgeplaatst naar Eindhoven? ( Géén gezinshoofd meer die de knoop doorhakt,  echtscheiding?, uitkering voor één van beiden?)
2) De overheid streeft er naar de 1e lijnszorg voor zieken, bejaarden en hulpbehoevenden te versterken. Staat arbeidsplicht voor man en vrouw niet haaks op dit streven?
Ter illustratie: Zelf ben ik moeder van 2 zeer zwaar lichamelijk gehandicapte volwassen zoons, nu 34 jaar oud. 20 jaar geleden is onze woning voor enige duizenden guldens aangepast. Men zei: als deze gehandicapten 2 jaar lang niet in een verzorgingsinstituut behoeven te worden opgenomen zijn de kosten van verbouwing er al uit. Ze zijn nu 34 jaar en nog steeds niet in enige intramurale voorziening geplaatst (zou ook levensbedreigend voor hen zijn!). Wat een besparing! Gelukkig geniet ik een weduwenpensioen. Hoe zou ’t moeten, als ik ondanks mijn omvangrijke maar onbetaalde arbeid mij niet beschikbaar kan stellen op de arbeidsmarkt? Moeten in de toekomst moeders, die een dergelijke taak met liefde en verantwoordelijkheidsgevoel op zich nemen, naar de bijstand, voor hun levensonderhoud?
3) Steeds méér stemmen geven te kennen dat er een groot tekort dreigt aan goed opgeleide, capabele arbeidskrachten. Steeds méér mensen gaan inzien, dat de veranderde bevolkingsopbouw (van Δ naar V!) in de toekomst voor grote problemen gaat zorgen. Wordt het niet hoog tijd, dat de overheid ophoudt gezinnen met kinderen te discrimineren?
Ter illustratie: Moet mijn schoondochter (31 jaar oud), moeder van 5 kleintjes, straks naar de bijstand, als mijn zoon ten gevolge van een verkorte arbeidsweek en dus verminderd inkomen, niet meer voldoende verdient om in het onderhoud van zichzelf, plus zijn vrouw plus zijn kinderen te voorzien? Is de zéér veelzijdige, arbeidsintensieve, voor de gemeenschap uiterst belangrijke taak (7 dagen per week een onbeperkt aantal uren per dag!) economisch gezien en óók uit emancipatorisch oogpunt gezien, minder waard dan die van bv. een cassière? Zelf moeder van 9 kinderen kom ik op voor de jonge moeders van vandaag die vaak zo druk zijn met hun zinvolle werk, dat ze aan een brief als deze niet toekomen.
4) Wordt het niet hoog tijd, dat de overheid in plaats van de werkloosheid op te voeren door vrouwen naar de betaalde arbeidsmarkt te drijven, voorrang gaat geven aan kostwinners i.p.v. deze achter te stellen bij vrouwen, waarvan de echtgenoot een betaalde baan heeft, tenville van een streven naar getalsgelijkheid en evenredige verdeling van functies over mannen en vrouwen: Discriminatie van gezinnen en kinderen.
5) Arbeidstijdverkorting t.b.v. (deeltijd)arbeid voor gehuwde vrouwen kan alleen door inlevering van loon. Hoe moeten alleenstaanden, ongehuwden zonder partner zich dan redden?
De stem van de sprekende minderheid wil ons wijsmaken, dat het bij dit alles gaat om zinvol bezig zijn, ook voor vrouwen. De reactie van velen op de tweeverdienersmaatregelen deed weer eens duidelijk blijken, dat het dáár bij velen niet om gaat: toen hoefde het ineens zonodig niet meer!! Dat het blijkbaar in de eerste plaats gaat om geld en daarin om macht (”zelfstandigheid”) wordt trouwens steeds opener toegegeven en daarin komt de revolutionaire aap uit de mouw! Is het trouwens geen veeg teken, dat ’t buitengewoon moeilijk blijkt om vrijwilligers te krijgen voor ontzaglijk veel werk, dat nu blijft liggen? Ook zonder betaalde baan is er een wereld vol werk voor vrouwen (en mannen) die zin vol bezig willen zijn! Maar wie durft werklozen te zeggen, dat tegenover rechten (uitkering) ook plichten staan? Ze vliegen je meteen aan!
Zo gaat het als de samen(!)leving wordt opgesplitst in individuen, die vanwege het hun aangeprate persoonlijkheidsideaal allemaal opkomen voor zichzelf en de medemens uit het oog verliezen. In zo’n samenleving is geen plaats voor wie zichzelf niet kunnen redden en anderen tot ”last” zijn. Drie en een half miljoen uittrekken voor abortus alléén al in klinieken: allemaal noodgevallen? En straks komt via een nieuwe wetgeving euthanasie erbij als grote opruimer van leven, dat de hoogmoedige mens niet meer ”menswaardig” oordeelt!
Of we het willen of niet, in deze door onze schuld gebroken wereld zullen afhankelijken, hulpbehoevenden blijven bestaan en God kijkt toe, hoe wij ermee omgaan: ons er van af maken? Wie niet in een Schepper, maar in evolutie gelooft zegt ijskoud: ’t Gaat immers om de ”survival of the fittest”?
Of zullen we in ootmoedigheid (wie kent dat woord nog?) onszelf verloochenen (weer zo’n verouderd woord!) en in liefde volle zorg ons toewenden tot de naaste?
Dat mag een overheid door haar wetgeving en maatregelen niet dan tot schade van ons volk belemmeren.
U veel wijsheid toewensend bij uw beraadslagingen m.b.t. deze moeilijke vragen.
Brief van mw. J. M. Venderbos-Rijken van Olst te Den Haag aan de vaste Kamercommissie voor Emancipatiezaken te Den Haag, d.d. 5 oktober 1985.

Plaats een reactie