Citaten uit laatste brieven

Overgenomen uit artikel “Dietrich Bonhoeffer (II) “Verzet en Overgave” van J.G. Barnhoorn, Nunspeet (Ecclesia (2) 105e jaargang 24 januari 2015) 

Eenzelfde toon vernemen wij in een brief van 30 april 1944 aan Bethge: “Je hoeft je echt geen zorgen over mij te maken; ik maak het abnormaal goed, je zou verbaasd staan als je me kwam opzoeken. De mensen hier zeggen me telkens  – en je merkt hoe het me vleit – dat er “zo”n rust van me uitgaat”, dat ik ‘altijd zo opgewekt’ ben.

En dan de laatste brief aan Bethge, waarover wij beschikken: “Wees alsjeblieft nooit bezorgd of angstig om mij; maar vergeet niet voor mij te bidden; ik weet dat je het niet vergeet! Ik ben er zeker van dat Gods hand me leidt en ik hoop altijd in deze zekerheid bewaard te blijven. Je mag er nooit aan twijfelen, dat ik dankbaar en blij de weg ga waarlangs ik gevoerd word. Mijn vroegere leven is vol van Gods goedheid en mijn schuld staat onder de vergevende liefde van de gekruisigde. Ik ben het dankbaarst voor de mensen die ik ontmoette en ik heb maar één wens, dat zij om mij nooit reden hebben tot droefheid en altijd leven In de dankbare zekerheid dat God goed is en vergeeft. Vergeef me dat ik dit eens schrijf. Dit mag je geen ogenblik bedroeven of verontrusten, dit moet je alleen blij maken. Maar ik wilde het een keer gezegd hebben en ik zou niet weten wie ik, behalve jou, het zo kon toevertrouwen, dat hij met vreugde leest.”

Lees ook: Vruchten van de Geest – Meditatie geschreven in gevangenis

Plaats een reactie