‘Een Psalm die behoort tot David’ – Leer mij Uw weg…

Bespreking van een aantal verzen van Psalm 25 (1)

10 Alle paden des Heren zijn goedertierenheid en trouw
voor wie Zijn verbond en Zijn getuigenissen bewaren.
11 Om uws Naams wil, Here,
vergeef mij mijn ongerechtigheid, want die is groot.

De Hebreeuwse tekst heeft: ‘Alle paden des HEREN zijn goedertierenheid en trouw voor wie Zijn verbond en Zijn getuigenissen bewaren.‘ Dit bemoedigt David. Het maakt hem tegelijk des te meer bewust van zijn tekortkomingen. Daarom bidt hij uitdrukkelijk: ‘Om Uws Naams wil, Here, vergeef mij mijn ongerechtigheid, want die is groot.

De Griekse tekst (LXX) brengt een nuance aan: ‘Al Gods wegen zijn genade en waarheid voor hen die Zijn verbond en zijn getuigenissen zoeken. Om Uw Naam Kurios, overkom mijn zonde, want die is groot.‘ Er wordt niet gesproken over het ‘bewaren‘, maar over het ‘zoeken‘ van Gods verbond. (…)
De dichter is onder de indruk gekomen van de schoonheid van Gods openbaring in Zijn verbond. Bij de rijkdom ervan beseft hij dat hij nog maar weinig echt gezien heeft van Gods glorie. Hij verlangt om meer te zien. Vandaar het ‘zoeken‘. Het enigszins wettische karakter dat al makkelijk doorklinkt in het Hebreeuwse ‘bewaren van het verbond‘ is verdwenen. Het Grieks spreekt muzischer, meer in de trant van de Psalmen waarin de schepping en de wijsheid verbonden worden met de Wet (Psalm 19, 119, 139).

Bij deze innigheid van toon past het gebed dat in de LXX een nog meer persoonlijk karakter gekregen heeft:Al Gods wegen zijn genadig en waar voor hen die Zijn verbond en getuigenissen zoeken, ontferm U (daarom) ook (!) over mij waar het mijn zonde betreft. David verwacht dat God hem in het ogenblik van nood iets van zijn glorie, zijn reddende aanwezigheid zal laten zien: er zal iets oplichten van Zijn verbond, van wie God is!

12 Wie is de man die de Here vreest?
Hij onderwijst hem aangaande de weg die hij moet kiezen.

Het lijkt alsof de dichter nu lucht krijgt. De klank van de Psalm krijgt iets opgetogens: ‘Wie is de man die de Kurios vreest?De dichter beseft dat hij bij hen hoort die dat doen. Vol vertrouwen spreekt hij uit:God zal hem onderwijzen in de weg die hij moet kiezen‘. (2) (…)

(1) Gedeeltes gekozen uit een bespreking van deze Psalm in Ecclesia (zie Bron).
(2) De auteur geeft aan: Nauwkeurige lezing van deze Psalm doet vermoeden dat we deze Psalm te situeren hebben in wat we lezen in 1 Samuel 30, waar Davids loyale volgelingen hem in verbittering dreigen te stenigen vanwege het verlies van hun vrouwen en kinderen die geroofd waren door de Amalekieten.  Er staat dan: ‘Maar David sterkte zich in de Here‘. En daarna vroeg David om raad aan de Here, en die ontvangt hij dan ook.

Bron: Ecclesia nr 5 – maart 2017. ” Psalm 24 in de LXX” (25 NBG) door H. Klink, Hoornaar.

HEERE, maak mij Uwe wegen,
Door Uw woord en Geest bekend;
Leer mij, hoe die zijn gelegen,
En waarheen G’ Uw treden wendt,
Leid mij in Uw waarheid, leer
IJv’rig mij Uw wet betrachten;
Want Gij zijt mijn heil, o HEER,
‘k Blijf U al den dag verwachten.

psalms-25-4-daily-verses-net

Bron foto: Daily Verses.net