Luther-woorden over de Talmoed…

(…) De Talmoed en de rabbijnen (en ik* ben een uitstekend kenner van Talmoed en Schoelchan Aroech) verklaren, dat het doden geen zonde is, als een jood een heiden doodt, maar wel als hij een broeder in Israël doodt! Ook is het geen zonde, als hij tegenover een heiden zijn eed niet houdt! Voorts is het bestelen en beroven van gojim (zoals zij inderdaad door woeker doen) dienst aan God! Zij houden het er voor, dat zij niet te erg met ons kunnen handelen, noch tegenover ons kunnen zondigen, omdat zij het edele bloed en de besneden heiligen zijn, wij daarentegen de vervloekte gojim, omdat zij de heersers der wereld en wij hun knechten, ja hun vee zijn…

(…) BURGENSIS, die een zeer geleerde rabbijn onder de joden geweest is en door Gods genade tot christen bekeerd werd (wat zeldzaam is), was er zeer door getroffen, dat zij in hun scholen ons christenen zo gruwelijk vloeken, zoals LYRA ook schrijft, en besluit daaruit, dat zij Gods volk niet kunnen zijn. Indien zij Gods volk waren, dan zouden zij handelen als de gevangen joden in Babylon deden, waarvan Jeremia 29:7 schrijft: Bidt voor de koning en voor de stad, daar gij gevangen zijt, want in hun vrede zult gij ook vrede hebben. Maar onze bastaarden en valse joden zijn van oordeel, dat zij ons moeten vloeken, haten en alle mogelijke nadeel berokkenen waar ze dat kunnen, ook al bestaat daartoe geen reden. Zij zijn daarom zeker Gods volk niet…

(… Slot) Christus onze Heer bekere hen barmhartig en houde ons vast en onwrikbaar in Zijn waarheid, welke het eeuwige leven is. Amen.

* Maarten Luther geciteerd uit “Over de Joden en hun leugens”

Plaats een reactie