Worden als de Vader?! (1)

43 U hebt gehoord dat er gezegd is: U moet uw naaste liefhebben
en uw vijand moet u haten.
44 Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken;
doe goed aan hen die u haten;
en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen;
45 zodat u kinderen zult zijn van uw Vader, Die in de hemelen is,
want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen,
en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.
46 Want als u hen liefhebt die u liefhebben, wat voor loon hebt u dan?
Doen ook de tollenaars niet hetzelfde?
47 En als u alleen uw broeders groet, wat doet u meer dan anderen?
Doen ook de tollenaars niet zo?
48 Weest u dan volmaakt, zoals uw Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is.

Jezus in de Bergrede – Matteüs 5

Wanneer we de tekst uit de Bergrede “Gij dan zult volmaakt zijn, zoals uw Vader in de hemelen volmaakt is” in praktijk willen brengen in het licht van wat de Schrift ons leert over de Vader en de Zoon en over onszelf, dan weten we dat dit tevens moet inhouden dat we een volmaakte afkeer van het kwaad krijgen en daarom ook een afkeer van onszelf, zoals wij mensen van nature zijn. Dan weten we – in het licht van heel de Schrift – dat dit een onmogelijke opdracht is, tenzij Christus in ons mag en gaat volbrengen wat wij zelf niet kunnen (1). Alleen zó leren we het “Onze Vader” gebed goed bidden, namelijk dat onze Vader én Christus door de leiding van de Heilige Geest in ons leven zullen volbrengen, wat wijzelf op geen enkele manier kunnen, namelijk: Zijn Naam heiligen; de komst van Zijn koninkrijk bevorderen; Zijn wil doen; Dat wij om de aanwezigheid en kracht van Christus vragen, omdat we die niet missen kunnen (Hij is ons dagelijks Brood). Dat wij in en door Hem (Christus) vergeving van eigen zonden en kracht om anderen te vergeven ontvangen moeten. Dat wij dagelijks verlossing van de boze en van zijn verzoekingen nodig hebben. Dat niet wij onszelf en anderen iets te vergeven te hebben(2), maar dat we weten dat Christus in ons leeft en dat Hij ons vergeving schenkt en dat alleen Hij het is die ons de liefde, wijsheid en kracht kan geven en geeft om ook anderen te vergeven (6). Dan komt er allereerst verootmoediging én bekering van een levensstijl en van zonden die wij niet mogen handhaven (3). Dan worden we maar niet “kwistig” met de kostbare genade van een Ander (onze drie-enige God), waardoor de genade toch weer goedkoop(4) wordt, maar dan bepalen Zij in ons leven met het onderwijs van de Schrift dat wij weten of wijzelf vergeving ontvangen hebben en ook of en hoe wij anderen behoren te vergeven. Dan leggen wij waar nodig de wraak over het kwaad, dat anderen ons en/of onze medemensen hebben aangedaan in de handen van onze drie-enige God (5). Alleen zo voorkomen we, dat we onszelf en anderen lasten opleggen, die wij mensen niet dragen kunnen.

Zie verder: Worden als de Vader?! (2)

(1)
– 20 Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, dat is, niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij. (uit Galaten 2)
– 19 …mijn kinderen, ter wille van wie ik opnieuw weeën doorsta, totdat Christus in u gestalte verkregen heeft; (uit Galaten 4)
– 30 Maar uit Hem is het, dat gij in Christus Jezus zijt, die ons van God is geworden: wijsheid, rechtvaardigheid, heiliging en verlossing. (uit 1 Korintiërs 1)
(2) Hoe zouden moordenaars als David en Paulus bij zichzelf de kracht gevonden hebben (a) om ” zichzelf te vergeven” als zij niet geweten hadden (in het geloof aanvaard!) de vergeving van hun zonde(n) alleen en steeds weer van God zelf (in en door Jezus Christus!)  te (hebben) ontvangen (5).
(a) “Een mens, bezwaard door bloedschuld, zal vluchten tot de groeve toe; men weerhoude hem niet. (Spreuken 28:17)
(3) 23 Als u dan uw gave op het altaar offert en u zich daar herinnert dat uw broeder iets tegen u heeft, 24 laat uw gave daar bij het altaar achter en ga heen, verzoen u eerst met uw broeder en kom dan terug en offer uw gave. (Uit Matteus 5).
9 Als wij onze zonden belijden: Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid. (Uit 1 Johannes 1)
(4) “Goedkope genade is de doodsvijand van onze kerk. (…) Genade als onuitputtelijke voorraadkamer van de kerk, waaruit met volle handen zonder aarzeling en onbegrensd wordt uitgedeeld: genade, die niets kost. Goedkope genade is genade als leer, als principe, als systeem; vergeving van zonden als een algemene waarheid, liefde van God als christelijk godsbeeld: Wie er “ja” op zegt, is al zeker van vergeving(…)
Goedkope genade is een rechtvaardiging van de zonde en niet van de zondaar. Goedkope genade is prediking van de vergeving zonder boete te doen, doop zonder tucht van de gemeente, avondmaal zonder belijdenis van zonden, vrijspraak zonder biecht. Goedkope genade is genade zonder navolging, genade zonder kruis, genade zonder de levende, mensgeworden Jezus Christus… (citaten uit werk van Dietrich Bonhoeffer, lees meer/verder bij Genade)
(5)Wreekt u zelf niet geliefden, maar laat plaats voor de toorn…” – Romeinen 12 : 19
(6)
We moeten geen “kopieën” van Jezus worden, maar Jezus Christus Zelf moet woning maken in onze harten en gestalte krijgen in ons leven. Voor ons betekent dat een “luisterend leven”, vragen om een opmerkzaam hart, dat steeds weer bereid is om in gehoorzaamheid en dankbaarheid te leven, zoals ook Jezus dat in zijn mens-zijn gedaan heeft en ons daarmee tot voorbeeld is geweest. Dan wordt ons leven een “God welgevallig dankoffer”.

Zie verder ook:
– De gelijkenis van Jezus over de verloren zoon
– Groeien in zelfvergeving, zelfacceptatie en zelfvertrouwen…

Plaats een reactie