Verlossing (geloof)

Vernedert u dan onder de machtige hand van God, opdat Hij u verhoogt te zijner tijd…

1 Kinderen, ik schrijf u dit opdat u niet zondigt. Mocht een van u echter toch zondigen, dan hebben wij een pleitbezorger bij de Vader: Jezus Christus, de rechtvaardige. 2 Hij is het die verzoening brengt voor onze zonden, en niet alleen voor die van ons, maar voor de zonden van de hele wereld. (Uit 1 Johannes 2)

Zondag 12 – vraag 31: Waarom is Hij Christus, dat is een Gezalfde, genaamd?

[Behandelde tekst: 1 Johannes 2 : 1]

De apostel schrijft: En hoewel iemand zondigt, dan hebben wij een Voorspraak bij de Vader (vgl. vers 1). Als wij gezondigd hebben, verschrikt de duivel onze harten, zodat wij beven en sidderen. Hij stort de mensen immers in de zonde, om hen daarna tot wanhoop te brengen. Aan de andere kant laat hij veel mensen zonder verzoeking rustig doorleven, alleen om hen te doen geloven dat zij heiligen zijn. Dat is zijn bedrog! De heiligen maakt hij wijs dat zij zondaren zijn, en de zondaren maakt hij wijs dat zij heiligen zijn. Wanhoop toch niet als je gezondigd hebt, maar kijk naar boven, waar Christus voor ons bidt. Want Hij is onze Advocaat en Voorspraak, en Hij bidt voor ons. Dan zegt Hij: ‘Vader, voor deze mens heb Ik geleden en ben Ik gestorven, Ik heb verzoening voor hem gevonden’ (vgl. Job 33:24). Dit gebed kan niet nutteloos en vruchteloos zijn, want in Hem hebben wij een grote Hogepriester (vgl. Hebreeën 4:14). En hoewel wij zelfs Christus tot onze Hogepriester, Advocaat, Middelaar, Verzoener en Trooster hadden, hebben wij toch onze toevlucht genomen tot gestorven heiligen, en Christus voor een Rechter gehouden. Daarom moeten wij deze tekst met gouden letters in onze harten schrijven en schilderen.
Grijp Hem aan en zeg: ‘Heere Christus, ik weet geen andere Hogepriester, Voorspraak, Trooster en Middelaar, dan U alleen. Ik twijfel niet dat U dat ook voor mij bent, daarom hang ik met mijn hele hart aan U – ik geloof. Want voor ons werd Christus geboren, voor ons heeft Hij geleden, voor ons is Hij gestorven en begraven, opgestaan en opgevaren naar de hemel, waar Hij zit aan de rechterhand van de Vader en daar ook voor ons bidt’ (vgl. Romeinen 8:34). Hij is rechtvaardig en volmaakt, zonder zonde. Wat ik aan gerechtigheid heb, dat heeft mijn Trooster, Die voor mij tot de Vader roept: ‘Geef hem genade!’ Dan is er al genade gegeven. ‘Vergeef hem, help hem!’ De gerechtigheid van Jezus Christus is niet tegen ons, maar vóór ons, want Gods gerechtigheid is in Jezus Christus, ónze gerechtigheid.

Maarten Luther: Vorlesung über den 1. Brief des Johannes, 15 27, vgl. WA 20,634,26 – 637,29

Teksten waar eerder naar verwezen werd:

(Job 33 : 24) 24 dan zal Hij Zich zijner erbarmen en zeggen: Bevrijd hem, zodat hij niet neerdaalt in het graf, de losprijs heb Ik verkregen.
(Hebreeën 4 : 1414 Nu wij dan een grote Hogepriester hebben, Die de hemelen is doorgegaan, namelijk Jezus, de Zoon van God, laten wij aan deze belijdenis vasthouden.
(Romeinen 8 : 34) 34 Wie zal hen veroordelen? Christus Jezus, die gestorven is, meer nog, die is opgewekt en aan de rechterhand van God zit, pleit voor ons.

Zie ook de volgende pagina’s:
– 
De “drie stukken” – Geen tijd- of heilsvolgorde!
Ellende (wet of gebod)
– 
Liefde (dankbaarheid)