Gij dan zult volmaakt zijn…

48 Gij dan zult volmaakt zijn, zoals uw hemelse Vader volmaakt is. (Jezus in de Bergrede, uit Matteüs 5)

1 Toen Abram negenennegentig jaar oud was, verscheen de Here aan Abram en zei tegen hem: Ik ben God, de Almachtige, wandel voor mijn aangezicht, en wees onberispelijk; (Uit Genesis 17)

1 Welzalig zij, die onberispelijk (volmaakt, NBV) van wandel zijn, die in de wet des Heren gaan. (Uit Psalm 119)

4 Hij antwoordde en zei: Hebt gij niet gelezen, dat de Schepper hen van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt? 5 En Hij zei: Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen en die twee zullen tot één vlees zijn. 6 Zo zijn zij niet meer twee, maar één vlees. Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet. 
(…)
10 Zijn discipelen zeiden tegen Hem: Als de zaak van de man met de vrouw er zo voor staat, is het beter niet te trouwen. 11 Maar Hij zei tegen hen: Niet allen vatten dit woord, maar alleen zij aan wie het gegeven is.
(…)
21 Jezus
zei tot hem: Indien gij volmaakt wilt zijn, ga heen, verkoop uw bezit en geef het aan de armen, en gij zult een schat in de hemelen hebben, en kom hier, volg Mij.
(…)
5 Toen de leerlingen dit hoorden, waren ze hevig ontzet en vroegen: ‘Wie kan er dan nog gered worden?’ 26 Jezus keek hen aan en antwoordde hun: ‘Bij mensen is dat onmogelijk, maar bij God is alles mogelijk.’
27 Daarop vroeg Petrus: ‘Wij hebben alles achtergelaten en zijn u gevolgd. Waar kunnen wij naar uitzien?
(Uit Matteüs 19)

4 Doe alles zonder morren en tegenspreken, 15 opdat u zuiver en smetteloos bent, onberispelijke kinderen van God te midden van een verdorven en ontaarde generatie, waartussen u schittert als sterren aan de hemel. 16 Houd daarbij vast aan het Woord dat leven brengt. (Uit Filippenzen 2)

20-21 De God nu van de vrede, Die de grote Herder van de schapen, onze Heere Jezus Christus, uit de doden heeft teruggebracht, op grond van het bloed van het eeuwige verbond, moge u toerusten tot elk goed werk om Zijn wil te doen, en in u werken wat in Zijn ogen welbehaaglijk is, door Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (Uit Hebreeën 13)

Zie eventueel ook nog: Onze christelijke hoogmoed…