Jezus volgen – Op Jezus lijken

Jezus volgen en steeds meer op hem lijken?

Laat wie achter Mij wil komen zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen. (Marcus 8 : 34 en 35).

Wie niet zijn kruis draagt en mij op mijn weg volgt, kan niet mijn leerling zijn. Want wie van jullie die een toren wil bouwen gaat niet eerst de kosten berekenen, om te zien of hij wel genoeg heeft voor de bouw? (Lukas 14 : 27 en 28)

Citaten uit “Navolging” van Dietrich Bonhoeffer (Navolging – bij bol.com):

“Die neme zijn kruis op.” Het ligt al klaar, van meet af aan, men hoeft het slechts op te nemen. Opdat echter niemand zou menen, dat hij zichzelf een of ander kruis zou moeten zoeken, of dat hij willekeurig een lijden moet opzoeken, zegt Jezus, dat voor ieder zijn kruis reeds klaar ligt, hem door God beschikt en toegemeten. Hij moet de hem bepaalde maat van lijden en verworpen-zijn dragen. Dat is voor ieder een andere maat. De ene keurt God groot lijden waardig, Hij schenkt hem de genade van het martelaarschap; de ander laat Hij niet boven zijn kracht verzocht worden. Toch is het een en hetzelfde kruis.

Weliswaar  is alleen Christus’ eigen lijden verzoenend lijden, maar omdat Christus vanwege de zonde van de wereld heeft geleden, omdat op Hem alle last van de schuld viel en omdat Jezus Christus zijn volgelingen de vrucht van zijn lijden toekent, daarom overvalt ook de discipel de aanvechting en de zonde, ze bedekt hem met louter schande en stoot hem als de zondebok buiten  de poorten  der stad. Zo wordt de christen tot drager van zonde en schuld voor andere mensen. Hij zou daaronder bezwijken, wanneer hij niet zelf gedragen werd door Hem die alle zon­den droeg. Zo echter kan hij in de kracht van het lijden van Christus de zonden die op hem  neerkomen,  overwinnen, doordat hij ze vergeeft. De christen wordt tot lastdrager: ‘Draagt elkanders lasten; zo zult gij de wet van Christus vervullen’ (Gal. 6.2). Zoals Christus onze last draagt, zo moeten wij de last van de broeders dragen; de wet van Christus, die vervuld moet worden, is het kruisdragen. De last van de broeder die ik te dragen heb, is niet alleen zijn uiterlijk lot, zijn karakter en aanleg, maar is in de meest eigenlijke zin zijn zonde. Ik kan die niet anders dragen dan doordat ik hem die vergeef, in de kracht van  het  kruis  van  Christus,  die  ik  deelachtig  ben geworden. Zo plaatst de oproep van Jezus tot kruisdragen elke volgeling in de gemeenschap van de zondenvergeving. Zondenvergeving is het lijden van Christus, dat ons bevolen wordt. Het is ieder christen opgelegd.

Hoe zal de discipel echter weten, wat zijn kruis is? Hij zal het ontvangen, wanneer hij komt tot de navolging van de lijdende Heer, hij zal in de gemeenschap met Jezus zijn kruis leren kennen.

5 Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. 6 Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, 7 maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens verschenen, 8 heeft hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood – de dood aan het kruis. 9 Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, 10 opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, 11 en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader. (Uit Filippenzen 2, NBV)

 

Plaats een reactie