Ik wil het, wordt rein…

Uit Matteüs 11
2 En zie, een melaatse kwam tot Hem en viel voor Hem neer, zeggende: Here, indien Gij wilt, kunt Gij mij reinigen. 3 En Hij strekte de hand uit en raakte hem aan en zei: Ik wil het, word rein. En terstond werd hij rein van zijn melaatsheid.

Uit Psalm 51 
3 Wees mij genadig, o God, overeenkomstig Uw goedertierenheid,
delg mijn overtreding uit overeenkomstig Uw grote barmhartigheid.
4 Was mij schoon van mijn ongerechtigheid,
reinig mij van mijn zonde.
5 Want ík ken mijn overtredingen,
mijn zonde staat mij voortdurend voor ogen.

Uit Romeinen 11
27 En dit is mijn verbond met hen, wanneer Ik hun zonden wegneem.
(…)
29 De genade die God schenkt neemt hij nooit terug, wanneer hij iemand roept maakt hij dat niet ongedaan. 30 Zoals u God eens ongehoorzaam was, maar door hun ongehoorzaamheid Gods barmhartigheid hebt ondervonden, 31 zo zijn zij nu ongehoorzaam om door de barmhartigheid die u ondervonden hebt, ook zelf barmhartigheid te ondervinden. 32 Want God heeft ieder mens uitgeleverd aan de ongehoorzaamheid, opdat hij voor ieder mens barmhartig kan zijn.
(…)
33 O, diepte van rijkdom, zowel van wijsheid als van kennis van God, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn oordelen en onnaspeurlijk Zijn wegen!
34 Want wie heeft de gedachten van de Heere gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest?
35 Of wie heeft Hem eerst iets gegeven en het zal hem vergolden worden?
36 Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid, tot in eeuwigheid.
Amen.