Zondag 44: Tiende gebod: Gij zult niet begeren…

Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn rund, noch zijn ezel, noch iets dat van uw naaste is. (Exodus 20:17)

Wij hebben in Zondag 44 vernomen, welke begeerte vérboden was, maar nu wordt zeer duidelijk gezegd, welke begeerte géboden is. Het is dit, dat wij zeer begerig zullen zijn, de vergeving der zonden en de gerechtigheid in Christus te zoeken. Hoe meer de zonde ons schrikkelijke realiteit is geworden, des te nader komt ons de blijde boodschap der verlossing. Als we deze woorden nauwkeurig lezen, is hier ook een voortgang, een verdieping in de kennis der verlossing. Aanvankelijk menen we Christus niet te kunnen missen bij het sterven, maar langzamerhand leren we, dat Christus even onmisbaar is voor ons leven. Zonder Mij kunt gij niets doen, zei Jezus, evenmin als de rank vrucht kan dragen, zo ze niet in de wijnstok blijft. Losgemaakt daarvan, verdort ze. Zo zullen wij geestelijk verdorren, als we niet dagelijks met Christus in gemeenschap treden en elke dag met Hem beginnen. Het is daarom ook, dat de Catechismus er op wijst, dat we niet alleen de vergeving der zonden, maar ook de gerechtigheid in Christus hebben te zoeken. Die twee: vergeving der zonden en gerechtigheid, zijn niet hetzelfde. Met die gerechtigheid is hier hetzelfde bedoeld als het lust hebben in alle gerechtigheid waar de eerste vraag van sprak; dus: het kiezen van de rechte paden. Ook dat gaan we nu hoe langer hoe meer in Christus zoeken. We leren verstaan, dat we dat niet uit eigen krachten, maar alleen in Christus’ krachten kunnen doen.

Zo wordt Christus ons onmisbaar. Ik zeg met opzet: Christus. De begerigheid naar de schatten van Christus, die hier opgesomd worden, zou ons de persoon van Christus eens voorbij kunnen doen zien. Wij kunnen zonder de vergeving van Christus niet. We kunnen zonder de gerechtigheid van Christus niet. We kunnen voor alle dingen zonder de levende Christus niet.

Bovenstaande is overgenomen uit “Zondagskinderen” van ds. H. Veldkamp.

Plaats een reactie