Nieuwe Testament: geen grond meer voor echtscheiding!

Het onderwijs van de Here Jezus heeft ook de ruimte om overspel (1) toch nog als echtscheidingsgrond (als “recht” om je op te beroepen en/of om het “te gebruiken” tegen de wil van de ander) weggenomen en ons de weg gewezen van schuld erkennen en belijden en de ander dan vergeven (2) en dan samen het huwelijk met Gods hulp weer voortzetten – of mogelijk (weer) onrecht lijden, als de ander daar (later toch en steeds weer) in de huwelijkstrouw misstappen begaat, maar om de één of andere reden zelf niet het initiatief tot echtscheiding neemt  en nemen wil (3).

Zie het onderwijs en de zaligsprekingen van de Here Jezus in de Bergrede, het onderwijs in Matteüs 19 waar de volmaakte wetsregel “Wat God samengevoegd heeft, scheide de mens niet” klinkt (4), en later ook het onderwijs van de apostelen over het huwelijk en het aanvaarden en dragen van (huwelijks)lijden zonder eigen schuld (5). Ook de vaste belofte die ons gegeven wordt, namelijk dat God niet zal toestaan dat we boven vermogen verzocht zullen worden, dienen we hier in rekening te brengen – want die belofte geldt echt niet alleen voor mannen/vrouwen (en hun partner “thuis”), die langdurige verlatenheid en eenzaamheid verduren vanwege gevangenneming en die mogelijk zelfs ook tijdens gevangenschap gemarteld worden. God zal ze nabij zijn en bijstaan in hun nood. Ook voor hen, die vanwege ziekte, letsel of handicap of moeiten in hun huwelijk eenzaamheid en verlatenheid ervaren en moeten dragen, geldt die belofte.

Elkaar er op wijzen en vast geloven en vertrouwen dat Gods Vaderhand niet tekort schiet wanneer we hiermee in Zijn wil blijven, is de NT Bijbelse weg die ons gewezen wordt. Wie ook maar wat betreft “de echtscheidingszaak” zijn of haar geloof op God vestigt, zal niet beschaamd uitkomen. En, zelfs wanneer Gods Woord hierin misverstaan zou zijn, is dit laatste toch altijd vast en zeker. Alles wat uit geloof gedaan of nagelaten wordt ontvangt Gods zegen!

(1) Overspel en moord (die in het onderwijs van de Bergrede en in de brief van Jakobus zonder meer als equivalent beschouwd worden!) is in ons leven veel eerder en vaker sprake – naar Jezus onderwijs en Jakobus naspreken daarvan – en daar kunnen we niet omheen door toch weer bepaalde vormen hiervan te bagatelliseren, maar we moeten leren verstaan hoe zeer wij allen het van vergeving moeten hebben en daarom geen reden meer hebben om nog naar “uitzonderingsgevallen” te gaan zoeken of die te willen hebben om deze te kunnen gebruiken om ons van bepaalde vormen van nood en lijden (m.n. groot onrecht, psychisch lijden in o.a. het huwelijk)  te verlossen.
(2) Zie de op overspel betrapte vrouw die vergeving ontving (en waarbij de “oudsten” als eersten “afdropen”).
(3) Dan kan “gescheiden” leven (maar zonder echtscheiding) een noodzakelijk kwaad zijn (net als bij ernstige ziekte of  zoals  bij gevangenneming om het geloof het geval kan zijn).
(4) In Matteüs wordt Batseba – ondanks dat haar man is overleden en David haar tot vrouw genomen heeft – toch nog de vrouw van Uria genoemd… (toch ook bewijs dat in het NT een huwelijk in feite als onverbrekelijk wordt beschouwd?!).

Extra

Het is bij bovenstaande woorden van veel belang hierbij juist ook de woorden van Jakobus 2 : 8-13 mee te laten spreken en vooral ook mee te laten wegen. Jakobus volgt hier in zijn brief (en niet alleen hier, maar in heel zijn brief) voluit het onderwijs van de Bergrede. Anders zijn zijn woorden over overspel en moord gericht aan de gemeente niet goed te verklaren en zou hij nogal aan het overdrijven zijn met dat voorhouden van het voorbeeld van overspel en moord aan “de lieve gelovige hoorders/lezers” in de aangeschreven gemeente(n)! Tenminste, wanneer ze hier beiden (overspel en moord) verstaan zouden worden als de “oude wettische” vormen van overspel en moord en niet naar het onderwijs van de Bergrede!

  • Barmhartigheid wil ik en geen offerande…
  • Barmhartigheid roemt tegen het oordeel…
  • Gij dan zult volmaakt zijn zoals uw hemelse Vader volmaakt is…

Was en is de Here Jezus voor ons mensen niet de volmaakt Barmhartige?! Bijvoorbeeld toen hij bad voor wie hem kruisigden en toen Hij de moordenaar aan het kruis vergaf. Was Hij hiermee niet volmaakt in de weg van de Vader: “Ik zal zeker barmhartig zijn en zeker vergeven” (De uitroep die Mozes horen mocht in de spelonk in de woestijn, Exodus 33).

(5) 19 Het is een blijk van genade als iemand, doordat zijn aandacht op God gericht is, in staat is onverdiend leed te verdragen. 20 Immers, is er enige reden om trots te zijn wanneer u de slagen verdraagt die u als straf voor uw wangedrag krijgt? Het is echter een blijk van Gods genade wanneer u verdraagt wat u moet lijden voor uw goede daden. 21 Dat is uw roeping; ook Christus heeft geleden, om uwentwil, en u daarmee een voorbeeld gegeven. Treed dus in de voetsporen van Hem 22 die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen leugen kwam. 23 Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, Hij leed en dreigde niet, hij liet het oordeel over aan Hem die rechtvaardig oordeelt. 24 Hij heeft in zijn lichaam onze zonden het kruishout op gedragen, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen. 25 Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die de Herder is, naar Hem die uw ziel behoedt. (Uit 1 Petrus 2)