Uitverkiezing en Gods verborgen oordelen

Uitverkiezing

U moet de verkiezing van God niet zelf, niet in uzelf en niet in de verdoemden beschouwen. Ook moet u niet bekommerd en bevreesd zijn dat zoveel mensen in deze wereld niet uitverkoren zijn, want zulke gedachten zullen u alleen wanhopig maken. Daarom moet u met alle macht uw ogen ervoor sluiten, omdat het geheel nutteloos is, al zou u er duizend jaar over denken. U moet toch God God laten zijn! Hij denkt immers andere gedachten over u dan dat uzelf denkt. Daarom moet u niet op het aardse maar op het hemelse zien, dat is op Christus. Hij is omwille van u – als een eeuwig verdoemde – in de hel neergedaald en door God verlaten geweest. Hij riep aan het kruis: ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?’ (zie ook: Psalm 89:39). Zie, hier is uw hel overwonnen en uw onzekere verkiezing zeker gemaakt. Als u uzelf hier alleen om bekommert en gelooft dat dit voor u gebeurd is, dan zal u in dit geloof behouden zijn.

WA 2,690,10-25

Gods verborgen oordelen

De vrees wordt nog veel groter, omdat ze de verborgen oordelen van God niet weten. De duivel zet de ziel ertoe aan, dat zij zich met overbodige, nutteloze nieuwsgierigheid, zich met een allergevaarlijkste onderneming belast, namelijk, om de geheimen van de Goddelijke raadsbesluiten te doorgronden, om te beslissen of ze wel of niet tot de uitverkorenen behoort. Hier voert de duivel zijn laatste, grootste en gevaarlijkste list uit. Want daarmee drijft hij de mens, wanneer deze zich niet in acht neemt, tot boven God, zodat hij een bewijs van de Goddelijke wil begeert en het niet verdragen kan dat hij niet weet of hij wel of niet bij de uitverkorenen behoort. Hij maakt hiermee zijn God zo verdacht, dat hij bijna naar een andere god zou verlangen. Kortom, hier heeft de duivel in de zin, de liefde tot God als met een stormwind in de ziel uit te doven en de haat tegen God op te wekken.

WA 112.688, 2-11

LEZEN: Psalm 81, TEKSTVERS VOOR MEDITATIE: VERS 14

Plaats een reactie