Gods toorn over ontrouwe herders…

Over ontrouwe herders

Open je ogen en zie hoe wie kwaad doen worden gestraft (1)
(Uit Psalm 91)

Want toorn van God openbaart zich van de hemel over alle goddeloosheid en ongerechtigheid van mensen, die de waarheid in ongerechtigheid ten onder houden…

11 Ik ben de goede Herder.
Een goede herder geeft zijn leven voor de schapen.
12 Een huurling, iemand die geen herder is,
en die niet de eigenaar van de schapen is,
laat de schapen in de steek en slaat op de vlucht
zodra hij een wolf ziet aankomen.
De wolf valt de kudde aan en jaagt de schapen uiteen;
13 de man is een huurling en de schapen kunnen hem niets schelen.

uit Johannes 10

2b “Dit zegt God, de HEER: Wee jullie, herders van Israël, want jullie hebben alleen jezelf geweid! Horen herders niet hun schapen te weiden?
(…)
7 Daarom, herders, luister naar de woorden van de HEER: 8 Zo waar ik leef – spreekt God, de HEER –, mijn schapen hadden geen herder, ze werden weggeroofd en door de wilde dieren verslonden; en jullie, herders, keken niet naar mijn schapen om, jullie hebben alleen jezelf geweid maar niet mijn schapen!

Uit Ezechiël 34

10 Want al mijn wachters zijn blind, ze merken niets;
ze zijn stom als waakhonden die niet kunnen blaffen:
vadsig en hijgend liggen ze daar,
ze willen alleen maar luieren.
11 Vraatzuchtige honden zijn het, onverzadigbaar.
Het zijn herders die geen inzicht kunnen bieden,
allemaal gaan ze hun eigen weg, ieder belust op eigen voordeel.

Uit Jesaja 56

11 Gelukkig zijn jullie wanneer ze je omwille van mij  uitschelden,
vervolgen en van allerlei kwaad betichten.
12 Verheug je en juich, want je zult rijkelijk worden beloond in de hemel;
zo immers vervolgden ze vóór jullie de profeten.

(1) Dat zijn de ogen van het geloof, die door het luisteren naar het Woord van God (hiervoor) geopend worden (zie Psalm 40 : 7-9). En dan op Gods toorn leren letten, eerst en vooral in eigen leven (o.a. Kolossenzen 3 : 6). Heel belangrijk dat we het verschil tussen succes en zegen leren zien. Succes (keert zich vroeger of later tegen de mens, want) eert de mens of iets in of van het schepsel (wetenschap bijv.), zegen eert God. (Zie o.a. Genesis 14 : 21-24 en – o.m. Psalm 16, 37 en 73)

10 Die de volken leidt, de mensen leert
en vermaant – zou hij niet straffen?
11 De HEER kent de mensen,
niet meer dan lucht zijn hun gedachten.

12 Gelukkig de mens, HEER, die door u wordt geleid
en onderwezen in uw wet en uw leer.
13 Hij zal rust vinden in kwade dagen,
terwijl voor de wettelozen een kuil wordt gegraven.

Uit Psalm 94