Over Gods wraak gedacht en gesproken…

Gij zult niet wreken, noch toorn behouden tegen de kinderen uws volks; maar gij zult uw naaste liefhebben als uzelf; Ik ben de HEERE!‘ (Uit Leviticus 19 vers 18)

Geciteerd 1: Toen ik nog gemeentepredikant was, heb ik tegen mijn catechisanten in Spijkenisse regelmatig gezegd dat hun bij het laatste oordeel gevraagd zal worden: „Wie zeg jíj dat Ik, de Zoon des Mensen, ben?”* Directer en persoonlijker kan het niet.”
* Dit was een vraag van onze Heer aan Zijn discipelen toen velen zich van Hem afgekeerd hadden (zie Matteüs 15 vers 15)

Opgemerkt 1: Onze Heer zegt over Zijn woorden bij het laatste oordeel: ‘Dan zal de Koning tegen de groep (!) rechts van Zich zeggen: “Jullie zijn door Mijn Vader gezegend, kom en neem deel aan het Koninkrijk dat al sinds de grondvesting der wereld voor jullie bestemd is. Want ik had honger en jullie gaven mij te eten, Ik had dorst en… Lees het in het geheel van Matteüs 25 : 31-46).

Geciteerd 2: „De belangrijkste reden is wat mij betreft dat we God moeten bepreken, bestuderen en leren kennen zoals Hij zich in al Zijn aspecten en eigenschappen aan ons heeft geopenbaard. En geen elementen weglaten omdat ze ons niet aanstaan.”
> Paulus advies aan Timoteüs: ‘Ik roep je dringend op, ten overstaan van Christus, met beroep op zowel Zijn verschijning als op Zijn koningschap: verkondig het Woord*, dring erop aan, gelegen of ongelegen, wijs terecht, bestraf en bemoedig, met alle lankmoedigheid (liefdevolle nederigheid en geduld).’ (Uit 2 Timoteüs 4 de verzen 1-2)

Opgemerkt 2a: We weten toch dat het OT beslist geen theologieboek over God is en dat onze Heer geen enkele moeite heeft gedaan om het Godsvolk in de synagogen (of daarbuiten) of op de leerscholen in Jeruzalem de daar aanwezige ‘professionals in de theologie’ (Schriftgeleerden en Farizeeën) en/of leken te vermoeien met theologische verhandelingen over Gods wraak. En ook de apostelen hebben de gemeenten met hun brieven – gedreven door de Geest geschreven vanuit pastorale bewogenheid – geen theologische verhandelingen willen aanreiken of nalaten.

Opgemerkt 2b: Wie meent de voorgangers en de gemeenten wel te kunnen/moeten dienen met theologische verhandelingen, die zullen moeten vrezen dat op een gegeven moment chatbots ons indrukwekkender werk/resultaten zullen voorschotelen.

Geciteerd slot (Kerkenraad van Velp, 21 juni 1971): We zouden zo graag zien dat onze toekomstige predikanten Gods Woord niet lezen in het licht van de theologische literatuur, maar omgekeerd: dat de Schrift hen wijsheid leert en dat ze zo de betrekkelijkheid en de tijdgebondenheid van de moderne (en vroegere – AJ) problematieken doorzien en het afvalskarakter daarvan; dat ze de theologische literatuur lezen in het licht van de Schrift. Gods Woord is (zoveel) meer dan de theologie… In feite gaat het om een grote zaak: wat zal leidinggevend zijn in prediking en wandel, de concrete wijsheid van Gods Woord, dan wel de resultaten van theologisch onderzoek en denken. Dit vraagt een andere instelling, waarbij de wetenschap niet veracht wordt, maar op haar dienende plaats komt. Hetgeen waar we naar streven houdt dan ook in een reformatie van het studieprogram en de methode. (…) Gods Woord onderwijst ons in de concrete taal van het dagelijks leven, die voor iedereen verstaanbaar is. Het belangrijkste onderscheid tussen de taal van het dagelijks leven en de wetenschappelijke taal is levensecht. We hebben aan het Seminarie er altijd op gestáán dat de kennis van de Schriften zélf de hoofdzaak zouden zijn. Ook bij de bestudering van de belijdenis, de dogmatiek en de ethiek, het kerkrecht en de praktische ambtelijke vakken was dit ons uitgangspunt.

Opgemerkt slot: Bestudeer het Woord met het verlangen en streven om dat op een profetische wijze te mogen doorgeven en verkondigen – zie 1 Korintiërs 14 vers 1.

Leestip: blog ‘Preek over Psalm 58 (uit 1937)

Bron citaten 1– : RD Kerk & religie – ‘Promovendus ds. Van den Os: Wraak in Nieuwe Testament nog intenser’ – door Addy de Jong
Bron citaat slot: ‘Om het profetische Woord’ – Een uitgave ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het Nederlands Gereformeerd Seminarie – 2001

Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” En ik zeg jullie: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen, alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel. Hij laat Zijn zon immers opgaan over goede en slechte mensen en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Is het een verdienste als je liefhebt wie jou liefheeft. Doen de tollenaars niet net zo? En als jullie alleen je broeders en zusters vriendelijk bejegenen, wat voor uitzonderlijks doe je dan? Doen de heidenen niet net zo? Wees dus volmaakt, zoals jullie hemelse Vader volmaakt is.’ (Uit Matteüs 5 de verzen 43-48)

Bron afbeelding: PeoPlaid

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s