‘Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en aarde.‘
(Artikel 1 van de apostolische geloofsbelijdenis)
‘De enige God, Die de macht heeft u voor struikelen te behoeden en u onberispelijk en juichend van vreugde voor Zijn majesteit te laten verschijnen, Die ons redt door Jezus Christus, onze Heer, Hem behoort de luister, de majesteit, de kracht en de macht, vóór alle eeuwigheid, nu en tot in alle eeuwigheid. Amen.‘ (Judas 1 : 24-25).
Geciteerd: Wat moeten wij dus doen nu heel de schepping zucht en de wereld geblakerd wordt? We willen belijdenis doen van ons geloof, sprekende: ik geloof in God de Vader…
Want dit geloofsartikel vindt vandaag, nu Christus de zegels verbreekt, zijn vervulling. Wat hier staat wordt elke dag dieper en rijker, en de zin van de schepping wordt elke dag meer bereikt. En terwijl we dit belijden maakt de gemeente vandaag (toen zondag 1 maart 1942!) hierbeneden aan de engelen bekend de veelkleurige wijsheid van God*.
Want dat Mozes het scheppingsverhaal schreef, dat was veel. Dat Jesaja daarvan een troostbrief maken kon voor de kerk – de kinderen van Gods volk, het Israël van toen en zeker ook voor de gemeente van Joden en ‘Grieken’ nu (AJ) -, dat was meer. Maar dat de kerk haar belijdenis van God de Vader en onze schepping in dagen van wereldafbraak met de engelen meespreekt en straks boven de engelen uitzingt, dát is het meest.
Ik geloof in God de Vader, de Schepper; daarom verwachten we naar Zijn belofte een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waarop gerechtigheid woont. Nee, niet een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waarbij de schepping van de wereld wordt teniet gedaan (vernietigd), maar waarin de schepping tot haar eeuwige vernieuwing komt.
En daarom zien we in deze dagen van wereldbrand uit naar de laatste dag, maar we doen dat terugziende op de eerste dag; we omspannen in dit geloofsartikel al de eeuwen; we verbinden hier de schepping aan het eeuwige leven.
We houden de Vader vast,
– want Hij is de God en Vader van onze Heer Jezus Christus;
– wij geloven in Hem door de Geest,
– Die het uit Christus nam, en
– Die het ons ook vanavond weer verkondigde.
Amen.
* Namelijk zoals die onder zulke omstandigheden ook blijkt uit het standvastige, onwankelbare vertrouwen van de leden van de gemeente van onze Heer Jezus Christus. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het in WO II met woord en daad belijden van hun geloof van de familie Ten Boom en een predikant als Dietrich Bonhoeffer.
(1) Preek over Zondag 9, vraag 26 (Wat gelooft u…) – Slot van de preek – gehouden op zondag 1 maart 1942.
Bron citaat: ‘De dingen die ons van God geschonken zijn – Catechismuspreken’* van B. Holwerda (1909-1952) (2)
* Eerste deel Zondag 1-13
(2) In leven hoogleraar aan de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde kerken te Kampen.