Dankbaar bidden…
(…) 49 Denk aan het woord, tot Uw dienaar gesproken, (a)
waarmee U mij hoop hebt gegeven.
50 Dit is de troost (b) in mijn ellende:
dat Uw belofte mij doet leven. (a)
51 Al lachen de hoogmoedigen mij ook uit,
ik wijk niet af van Uw wet.
52 Ik denk aan Uw eeuwige voorschriften,
HEER, daarin vind ik troost.
53 Ik ben ontzet over de zondaars
die Uw wet verlaten.
54 Uw wetten zijn voor mij als liederen
in het huis waar ik als vreemdeling woon.
55 Zelfs in de nacht denk ik aan Uw naam, HEER,
en houd ik mij aan uw wet.
56 Dit is mij gegeven:
dat ik uw regels volg. (1)
(1) Dit is immers wat u vanaf het begin hebt horen verkondigen: dat we elkaar moeten liefhebben… (Uit 1 Johannes 3 : 11-24)
(a) Voor velen klonk ‘het woord’ en ‘Uw belofte’ reeds bij hun doop toen hun ouders hen lieten dopen in het midden van de (een) gemeente van onze Heer Jezus Christus.
(b) ‘Het voornaamste stuk der dankbaarheid‘ zo noemt de Heidelbergse Catechismus het gebed. (Zie Zondag 45)
Bij (a,b) en de afbeelding: U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. (Kolossenzen 3 : 3)
Leestip: 1 Johannes 5 : 1-12
Bron Psalmtekst: debijbel-nl – Psalm 119 (NBV) – Nederlands Bijbelgenootschap
Bron afbeelding: So Very Blessed (Bible Verses on Thankfulness)
