naar de Weg, de Waarheid en hét Leven
(…) 26 Uit één mens heeft Hij de hele mensheid gemaakt, die Hij over de hele aarde heeft verspreid; voor elk volk heeft hij een tijdperk vastgesteld en hij heeft de grenzen van hun woongebied bepaald. 27 Het was Gods bedoeling dat ze Hem zouden zoeken en Hem al tastend zouden kunnen vinden, aangezien Hij van niemand van ons ver weg is. 28 Want in Hem leven wij, bewegen wij en zijn wij. Of, zoals ook enkele van uw eigen dichters hebben gezegd: “Uit Hem komen ook wij voort. (Uit Handelingen 17, NBV)
Citaat 1: Die laatste vraag ligt ten grondslag aan de Babylonische theodicee. Als er een god is, als er zelfs goden zijn, hoe kan het dan dat ik word onderdrukt door anderen, vraagt een van de twee sprekers. Dat zou nog mogelijk zijn als hij iets verkeerd had gedaan; dan was het wellicht een rechtvaardige straf, maar als je niets verkeerd hebt gedaan, waarom dan toch lijden?
Het is een vraag die zo centraal staat in Babylon dat er zelfs een hele periode in de Babylonische geschiedenis naar is vernoemd: Mina-arni, ‘Waar ben ik schuldig aan’.
Wat te doen als de wereld onrechtvaardig is? De hoofdpersoon uit de Theodicee besluit om zich te onttrekken aan de onderdrukking, en ook aan zijn plichten tegenover zijn naasten en stadsgenoten. Als een zwerver, een vagebond zal hij de wereld van de mensen verlaten en gaan rondtrekken. Zijn gesprekspartner vindt dat ongepast: die hele sociale wereld, alle instituties, zegt hij, zijn ons mensen door de goden gegeven. Die wereld verlaten betekent de goden beschimpen. Dat is blasfemie.
Citaat 2: Alle woorden zijn tenslotte ijdel. De slaaf zegt overtuigend dat je het een moet doen, om daarna even overtuigend te beargumenteren waarom je het juist niet moet doen. Alle pogingen om het leven zin te geven worden ondermijnd als de slaaf de willekeur ervan aantoont. Zelfs op de rede kun je je niet verlaten als het om het goede gaat.
Citaat 3: Wat het Gilgamesj-epos laat zien is, dat wijsheid geen inzicht is dat los verkregen kan worden. Ze bestaat niet uit tien leefregels die in steen gehouwen kunnen worden en die overgedragen kunnen worden aan een ander. Wijsheid maakt deel uit van een leven en komt tot stand door een rite de passage: Gilgamesj moest eerst de wereld verzaken en naar de onderwereld gaan om onsterflijkheid te zoeken, waarna hij gelouterd terugkeert naar zijn stad en naar het leven. ‘Hij die de Diepte zag, het fundament van het land/ [die] alles wist, was wijs in alle zaken!’ – zo luiden de eerste regels van het Gilgamesj-epos.
Citaat 4: Die weg, die onwijze weg, is de enige grond om in wijsheid te leven. Een andere – filosofische of religieuze – motivatie is er niet, ook niet bij Gilgamesj. Het leven is en blijft absurd, zo moet Gilgamesj ook weten. Toch kiest hij voor zijn leven, en dat van zijn stadsgenoten.
Opgemerkt: Lees het antwoord van God Zelf in de Bijbel. Hoe Hij Abraham laat rondtrekken als een pelgrim, hoe Hij een onderdrukt slavenvolk bevrijdt en leidt door de woestijn, hoe duidelijk gemaakt wordt dat het bevrijde volk het met ‘de tien leefregels’ niet redden zal en niet redt in ‘het beloofde land’, hoe de ‘ijdelheid’ van heel het leven bezien wordt door ‘de Prediker’ en wat tenslotte o.a. de apostel Johannes uitroepen en verkondigen mag (Zie Johannes 1 : 1-18 en 1 Johannes 1).
Bron citaten: Filosofie Magazine (via Blendle) – ‘De onwijze weg‘ – Auteur Florentijn van Rootselaar
(1) Hoe absurd en onrechtvaardig het leven ook kan zijn, de Mesopotamische beschaving had er een antwoord op. Verzaak de wereld en keer gelouterd terug. Wat is wijsheid? Geen vraag was tekenender, maar ook kwellender voor de beschavingen tussen de Tigris en de Eufraat, een gebied dat ooit bekendstond onder de naam Mesopotamië – tegenwoordig kennen we het als Irak. Schriftgeleerden in steden als Babylon en Ninive griften de antwoorden op die vraag met riethalmen in kleitabletten, vanaf 2600 v oor Christus tot het eind van de Mesopotamische beschaving tegen het begin van onze jaartelling. De antwoorden hadden vaak de vorm van een verhaal, waarvan het Gilgamesj-epos het beroemdste en ook het meest aangrijpende is.