(…) 16 Weet u niet dat u een tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont? 17 Indien iemand Gods tempel vernietigt, zal God hem vernietigen, want Gods tempel is heilig – en die tempel bent u zelf. (Uit 1 Korintiërs 3)
Woning maken…
‘Jezus antwoordde en sprak tot hem: Wie Mij liefheeft, die zal Mijn Woord bewaren – en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en woning bij hem maken’ (Johannes 14 : 23, weergave DB 1545).
(…) “Dat zal een echte, heerlijke, nieuwe Pinksterdag worden, en een bijzondere betoning en kracht van de Heilige Geest, als de harten door de Heilige Geest worden verlicht en verwarmd met liefde tot Christus – en wederkerig Christus’ liefde en de liefde van de Vader in onze harten schijnt en licht. Waardoor God en mens zo vriendelijk worden verbonden, dat de Heilige Geest het hart van de mens Zelf toebereidt en geschikt maakt tot een huis en woning, een tempel en heiligdom van God – zodat de mens deze heerlijke, edele, lieve en waardige Gast en Inwoner of Huisgenoot krijgt, Die ‘God de Vader en de Zoon’ heet. [Luther spreekt hier in het enkelvoud, hcvwsr]. (1)
Dat moet een grote heerlijkheid en genade zijn voor de mensen, die waardig zullen worden geacht om zo’n heerlijke woning, paleis en troonzaal, ja een paradijs en hemelrijk te zijn, waarin God op aarde woont – in hen, die toch zelf zulke arme, bedroefde, schuchtere zielen en gewetens hebben, die niets anders voelen dan zonde en dood, en voor Gods toorn beven en sidderen.
Zij denken dat God Zich ver van hen houdt en dat de duivel heel dichtbij is. Maar zíj zijn het aan wie dit is beloofd, en die zich daar vrolijk in kunnen verblijden, dat zij het ware Godshuis en de kerk zijn, waarin God Zelf wil wonen.
Maarten Luther: Evangelium am Pfingsttage, Joh. 14: 23-31, vgl. WA 21, 457, 11-28
Bron tekst: Wilt u deze Luthercitaten ter kennismaking doorsturen aan uw vrienden. Er zijn geen kosten aan verbonden. Voor het aanmelden/afmelden van deze wekelijkse citaten kunt u gebruikmaken van dit e-mailadres: info@maartenluther-citaten.nl
(…) 8 Mij (Paulus), de allerminste van alle heiligen, is de genade geschonken om de heidenen de ondoorgrondelijke rijkdom van Christus te verkondigen, 9 en voor allen in het licht te stellen hoe het mysterie dat in alle eeuwen verborgen was in God, de schepper van het al, werkelijkheid wordt.
10 Zo zal nu door de kerk (*) de wijsheid van God in al haar schakeringen bekend worden aan alle vorsten en heersers in de hemelsferen, 11 naar het eeuwenoude plan dat hij heeft verwezenlijkt in Christus Jezus, onze Heer, 12 in wie wij vrijelijk toegang hebben tot God, vol vertrouwen door ons geloof in Hem.
13 Ik vraag u dan ook de moed niet te verliezen wanneer ik lijd omwille van u, want daaraan kunt u eer ontlenen. 14 Daarom buig ik mijn knieën voor de Vader, 15 die de Vader is van elke gemeenschap (1) in de hemelsferen en op aarde. 16 Moge hij vanuit zijn rijke luister uw innerlijke wezen kracht en sterkte schenken door zijn Geest, 17 zodat door uw geloof Christus kan gaan wonen in uw hart, en u geworteld en gegrondvest blijft in de liefde.
18 Dan zult u met alle heiligen de lengte en de breedte, de hoogte en de diepte kunnen begrijpen, 19 ja de liefde van Christus kennen die alle kennis te boven gaat, opdat u vervuld zou worden tot heel de volheid van God. 20 Aan hem die door de kracht die in ons werkt bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij vragen of denken, 21 aan Hem komt de eer toe, in de kerk en in Christus Jezus (*) , tot in alle generaties, tot in alle eeuwigheid. Amen.
(*) Zie 1 Timoteüs 3 : 15