Geen veroordeling…

Wie van u zonder zonde is, moet de eerste steen op haar werpen
(Johannes 8:7, weergave DB 1545).

Gooien of vluchten?

Op zaterdagmiddag 23 september 1531 preekte Luther in de stadskerk van Wittenberg uit het Evangelie van Johannes (hoofdstuk 8 vers 1 tot 11) over de geschiedenis van een vrouw die in overspel was gegrepen. Jezus jaagt al haar aanklagers op de vlucht en vraagt aan de vrouw die alleen achterblijft: ‘Waar zijn uw beschuldigers? Heeft niemand u veroordeeld?Zij antwoordde: ‘Niemand, Heere.’ En Jezus zei tegen haar: ‘Dan veroordeel Ik u ook niet – ga heen en zondig niet meer.

(…) “Door deze donderslag (1) zijn ze in hun hart verschrikt en heeft het, alsof er een onweer woedde, binnen in hun hart geweerlicht en gebliksemd. Op die manier is hun hart tot een hel geworden en hebben ze hun hele hart als één groot zonderegister geopend gezien. De vrouw zijn ze helemaal vergeten!

Zelf dachten ze nu dat hun zonden op hun voorhoofd geschreven stonden, en dat alles wat ze ooit hadden gedaan, van hun gezicht was af te lezen. De één durfde de ander niet meer in de ogen te zien, ja, ze dachten dat zelfs de stenen hen aankeken. Het zou dan ook niet lang meer duren tot ze gelegenheid vonden om ervandoor te gaan.

Alle vrolijkheid is van hun gezicht verdwenen. Geen mens, huis of zon kan hen nog blij maken, zelfs een hond kunnen ze niet met een blij gezicht aanzien, want hun hart bezwijkt van angst, zodat ze bijna hun zinnen verliezen. Dit konden ze niet langer verdragen of zelfs maar aanzien. Er bleef voor hen niets anders over dan op de vlucht te slaan en de tempel zo snel mogelijk te verlaten. Zo zijn ze weggeslopen, zoals een hond wegsluipt die in de keuken zijn bek heeft verbrand.

Zo gaat het nu in Christus’ Rijk toe. Als u en ik in Christus’ Rijk komen, bent u daar als ik en ik ben als u. Daar is er geen onderscheid, hoewel we voor de wereld toch niet gelijk zijn. Als u een echtbreker bent en gestolen hebt, maar ik heb dat mogelijk niet gedaan, dan maakt dat geen verschil. Ik vind immers veel grotere en ergere knopen [van ongerechtigheid] in mijzelf, waarvan ik zo bang word dat ik niet meer weet wat ik moet beginnen.

Want in het Rijk van Christus geldt:Wie van u zonder zonde is, moet de eerste steen werpen.’ Daarom, wees voorzichtig, lieve vrienden, laat de stenen liggen, ik wil er ook geen opheffen – laat ze liggen en gooi ze niet! Laat die stenen vallen en zeg: ‘Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij onze schuldenaren vergeven.’ (vgl. Matthéüs 6 : 12).“

Maarten Luther: Wochenpredigten über Joh. 6 8, 1530 1532, vgl. WA 33, 502, 11 – 503, 15

(1) Opgemerkt AJ: De woorden van Jezus Christus zoals Hij alleen die tot Zijn hoorders kon en kan spreken en aan hen en ons voorhouden en tot in het diepst van de ziel treffen.

Bron tekst: Wilt u deze Luthercitaten ter kennismaking doorsturen aan uw vrienden. Er zijn geen kosten aan verbonden. Voor het aanmelden/afmelden van deze wekelijkse citaten kunt u gebruikmaken van dit e-mailadres info@maartenluther.com

Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen, die in Christus Jezus zijn.
(Romeinen 8 : 1)

Bron afbeelding:  YouTube – Memorize Romans 8 : 1-2

Dit bericht werd geplaatst in Bijbel, Gemeente, Huwelijk en gezin, Persoonlijk. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s