Zegen de HEER, u allen die de dienst van de HEER verricht
en in het huis van de HEER staat, nacht aan nacht.
(Psalm 134 : 1)
…en sluit er ook de dag mee af!
Henri Nouwen zei eens: ‘Zegenen is: goede dingen tegen en over iemand zeggen.’ Het zet de zegen van God, die we mogen ontvangen, in een mooi perspectief: God zegt ons mooie en goede dingen toe. Hij wenst ons het allerbeste.
In deze laatste pelgrimspsalm staat de zegen centraal. Maar anders dan je zou verwachten, begint het bij de mensen die God zegenen. Door hun loflied, door hun dienen, maken zij de naam van de Here groot, zeggen zij goede dingen tegen en over God, wijden zij God hun hart en leven toe. Dat blijft niet zonder gevolgen. God antwoord met Zijn zegen.
Wat een mooie wisselwerking komt er zo op gang. De mens zegent de Heer door goede dingen tegen en over Hem te zeggen, door Hem te aanbidden en te dienen, tot eer van God en tot heil van de mensen. God roept de mens Zijn liefde, genade, vrede en bescherming toe. Mens, gezegend zul je zijn!
(…) 2 Hef uw handen op naar het heiligdom en zegen de HEER.
3 Moge uit Sion de HEER u zegenen, Die hemel en aarde gemaakt heeft.
(Uit Psalm 134)
Steekt nu voor God de loftrompet,
Hem die ons in de vrijheid zet.
Komt voor zijn aanschijn met verblijden.
Brengt Hem de dank van al wat leeft,
Hem, die ons heil gegrondvest heeft.
Viert Hem, de koning der getijden.
Psalm 95 vers 1 (Berijming 1967)
Psalm (mee)zingen: Nederland Zingt: Psalm 95 vers 1 en 3
Bron tekst: Bijbels Dagboek – “Dag in Dag uit 2018” – Leger des Heils | Ark Media – Meditatie vrijdag 15 juni.