‘Die de zonde der vaderen bezoekt aan de kinderen’?

Amasja deed wat goed is in de ogen van de HEER, maar niet met heel zijn hart. Toen Amasja de macht eenmaal stevig in handen had, liet hij de hovelingen die zijn vader vermoord hadden (1) ter dood brengen. Maar hun kinderen doodde hij niet, want hij hield zich aan wat geschreven staat in het boek van Mozes, in de wet zoals die door de HEER aan Israël was opgelegd: “Ouders zullen niet sterven om wat hun kinderen hebben misdaan, en kinderen niet om de misdaden van hun ouders; alleen om wat iemand zelf misdaan heeft, zal hij sterven.”‘ (Uit 2 Kronieken 25 de verzen 2-4)

(1) Lees hierbij 2 Kronieken 24 : 20-22 en 25-26 en lees ook 25 : 11-16.

Geciteerd 1: Er is nog een gebrek in de opvoeding van kinderen dat zeer gevaarlijk en heel verraderlijk is. Iets dat zich mooi voordoet en ook veel lijkt op de echte eerbied die van kinderen wordt geëist. Dit is het geval als het kind zijn eigen zin mag doen (thuis en in de kerk en op school) en dat ouders uit natuurlijke liefde dit bewonderen en toestaan en volgen. Hier eert en bemint het kind zichzelf en alles is voor het oog prima in orde, want ouders hebben er net zoveel plezier in als het kind.

Deze plaag is nu zo algemeen – er is dus ook wat dat betreft niets nieuws onder de zon! – dat je maar zelden ziet dat het anders gaat. Het komt allemaal omdat de verblinde (!) ouders God niet kennen en eren (willen!) volgens de eerste drie geboden – ‘eerste tafel’ (2) – van de wet. Daardoor kunnen – willen (!), de liefde voor hun kinderen en de eer van mensen is groter dan hun liefde tot God (2) – zij ook niet (meer) zien wat er misgaat bij de opvoeding van hun kinderen en hoe zij die wél zullen onderwijzen en opvoeden. (3) Daarom voeden zij hen op bij de wijsheid van en voor de eer van de wereld. (3) Hun verlangen gaat slechts uit naar bewondering, vrolijkheid en allerlei tijdelijke dingen. Het is er dan alleen nog maar om te doen hogerop te komen en bij de mensen in aanzien te staan (ook in het kerkelijk leven). Dit bevalt de meeste – zeker de intellectueel begaafde (4) – kinderen ook uitstekend en daarom zijn ze hierin zonder tegenspreken gehoorzaam en ijverig.

Zo wordt dan Gods gebod ongemerkt onder de voet gelopen en wordt vervuld wat geschreven staat bij de profeten Jesaja en Jeremia, dat de kinderen door toedoen (de inbreng) van hun eigen ouders omkomen (vgl. Jesaja 57 : 5, Jeremia 7 : 31 vv). Zij doen dan – in feite niet anders dan – zoals koning Manasse deed, die zijn kind aan de afgod Moloch offerde en het liet verbranden. Want wat is het anders dan je eigen kind aan een afgod offeren en het verbranden, als ouders hun kinderen meer opvoeden in de wijsheid (geleerdheid) van en de liefde tot de wereld dan in de wijsheid van Gods Woord en de liefde tot God? Zij laten hen rustig doorgaan – en staan ook de voorgangers, leraren en profeten (5) niet meer toe hen te te corrigeren – zodat zij tenslotte vanwege wereldse begeerten en prioriteiten, wereldse liefde, vreugde, bezit en eer verbranden. Maar de liefde tot de eer van God (die dankbaarheid werkt!) en het verlangen naar en zich inzetten voor het verwerven van de eeuwige goederen en schatten wordt in hen uitgeblust.
[Maarten Luther: Von den guten Werken, 1520, vgl. WA 6, 252, 6-26]

(2) Zelfs de meest vrome mensen vallen hieraan ten prooi! Lees hierbij o.a. Johannes 12 : 37-43.
(3) In eenvoudig geloofsvertrouwen dat God hun bidden om de liefde en de wijsheid die nodig is hen elke dag weer wil en zal schenken, zonder verwijt.
(3) Daarom kregen ook in de christelijke wereld de wetenschap van de moderne psychologie en psychiatrie (mee gebaseerd op het evolutie-geloof) zoveel voor het zeggen, meer dan wat Gods Woord ons te onderwijzen heeft op het gebied van de ‘zielkunde’, m.n. ook in het OT (zoals in de boeken Koningen en Kronieken, naast die van de Psalmen en de profeten).
(4) Lees hierbij 1 Korintiërs 12 : 23-25 en Jakobus 1 : 9-11 en 2 : 1-13.
(5) Lees de boeken Koningen en Kronieken, die van de Profeten en die van de Psalmen!

Leestips: Zie tekstverwijzingen hierboven en m.n. ook bij (4).

Bron citaat 1: ‘Maarten Luther – Mijn enige troost – 365 dagen met de HC’ – Samensteller en vertaler H.C. van Woerden, sr – Den Hertog uitgeverij (2015)

Verzamel schatten in de hemel, daar vreten mot nog roest ze weg, daar breken geen dieven in om ze te stelen. Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.’ (Matteüs 6 : 20-21)

Geciteerd 2: Vandaag – en elke dag opnieuw – zeg Ik tegen je: Verzamel schatten in de hemel. Zoek eerst het Koninkrijk van God. Wees en blijf daarom bezig met de dingen die eeuwigheidswaarde hebben: met liefde, met nederigheid, met zachtmoedigheid, met zuiverheid. Dat vind je allemaal bij Mij, en niet ergens anders. Laat je hart bij Mij zijn en bij de hemelse schatten die je door Mij verwerven kunt.
(Naar woorden van ds. Jos Douma in meditatie van ‘Tijd met Jezus’ op donderdag 23 oktober)

Bron afbeelding: a christian pilgrimage – WordPress-com

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

‘De kiem van wedergeboorte ontvangen?

Geciteerd: Kuyper ging ervan uit dat de jonge kinderen de kiem van de wedergeboorte hebben ontvangen en zag die veronderstelde wedergeboorte vervolgens als grond voor hun doop. De volgens hem al aanwezige genadekiemen in hun hart hoefden slechts uit te groeien tot geloof en bekering. Tussen de inplanting van de kiem en het ontkiemen kon desnoods wel zestig jaar zitten. Zo kun je levenslang blijven veronderstellen dat je wedergeboren bent zonder vrucht van geloof. Dat staat echter in groot contrast met het doopformulier.

Opgemerkt 1: Er kan een mensenkind niets beters overkomen dan in het midden van Christus’ gemeente de Doop te ontvangen en daarmee naar Gods belofte de Heilige Geest. Want het is de Heilige Geest Die de wedergeboorte van de mens bewerkt en daarom mogen alle gedoopten – van baby tot grijsaard – op grond van Gods Woord weten dat Hij trouw is en dat Hij dat werk van de wedergeboorte zonder uitstel zal aanvangen en voleinden: God laat niet los wat Zijn hand begon! Soli Deo Gloria dus!

Opgemerkt 2: Op grond van Gods Woord weten we dat wij allen dan wel de van God gegeven middelen zullen hebben te gebruiken. We kunnen toch niet erkennen (belijden) dat wij mensen ‘doodziek’ zijn en dan menen dat wij (of een deel van de gemeente) het voedsel en de medicijnen die God ons voor ons levensbehoud en herstel geschonken heeft ‘in de kast’ kunnen laten staan. En we zullen erkennen dat geen van die maaltijden en medicijnen kunnen en mogen worden overgeslagen. Ook de kinderen dienen het Avondmaal al mee te vieren, al is het eerst (op jongere leeftijd) nog op afstand, toch ontvangen zij daardoor ook al de zegen van de viering van het Avondmaal in en door de gemeente!

Opgemerkt 3: Maar wat als er dan ‘vroeger of later’ gedoopte mensen zich afkeren van het geloof, dan blijkt toch dat hun Doop en/of het werk van de wedergeboorte door de Heilige Geest nooit echt waar/werkelijk kan zijn geweest. Nee, dat kunnen en mogen wij niet zo zeggen of stellen, nooit zelfs. God geeft ons geen reden om er zo over te denken of te spreken. Wij zullen degenen die zich van afwenden van het geloof en van het gebruik van de middelen om hun geloof te onderhouden en doen groeien onder het werk van de Heilige Geest, daarover ernstig aanspreken en hen duidelijk maken dat hun moeiten voortkomen uit het tegenspreken en verwaarlozen en tegenwerken van de Heilige Geest. Ze hebben – net als de anderen – alle reden om dat werk van de Geest niet uit te blussen door ongeloof en slordigheid of zelfs nalatigheid in het gebruik van de middelen. En wanneer ze dat toch (blijven) doen, dan zullen wij voor hen blijven bidden als mensenkinderen aan wie Gods beloften toch waarachtig betekend en verzegeld zijn en het aan God overlaten hoe Hij eenmaal over deze kinderen van Hem zal oordelen.

Opgemerkt 4: Het werk van de verkondiging van Gods Woord, het Evangelie, en dus ook de verkondiging van Gods Woord over de Doop, dat heeft God toevertrouwd aan de Christelijke gemeente en daarmee aan de (geroepen/gekozen) voorgangers, die daar werkzaam mogen zijn. Dus hoe zal de gemeente de/haar Doop leren verstaan en waarderen? Door een regelmatige Bijbelgetrouwe Woordverkondiging – en dat dus ook m.b.t. de Doop! (Altijd weer voorlezen van het formulier bij de Doop is echt niet genoeg en dat mensenwerk heeft niet dezelfde Geestkracht als de verkondiging van Gods Woord!) Met overtuiging Gods Woord verkondigen, daartoe spoort Paulus zijn medewerkers en opvolgers (Timoteüs en Titus) dan ook ernstig aan. Daarom hieronder woorden van Paulus aan Titus nog tot slot geciteerd.

‘Maar toen zijn – in Christus Jezus – de goedheid en de mensenliefde van God onze Redder. openbaar geworden en heeft Hij ons gered, niet vanwege onze rechtvaardige daden, maar uit barmhartigheid. Hij heeft ons gered door het bad der wedergeboorte en de vernieuwende kracht van de Heilige Geest, Die Hij door Jezus Christus, onze Redder, rijkelijk over ons heeft uitgegoten. Zo zijn wij door genade als rechtvaardigen aangenomen en krijgen we deel aan het eeuwige leven waarop we hopen. Deze boodschap is betrouwbaar. Ik wil dat je hierover met/uit overtuiging spreekt, opdat zij die op God vertrouwen zich erop toeleggen het goede te doen. Daar heeft iedereen baat bij.‘ (Uit Titus 3 De verzen 4-8)

> Zie ook nog deze blog: ‘Wedergeboorte…

Bron citaat: RD Interview – ‘Dr. Van Vlastuin: Krijgt de doop pas betekenis als je weet dat je uitverkoren bent? Dan draai je het doopformulier om’ – door Ruben Bolier.

Bron afbeelding: Joyfull Moments in Christ

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

‘Bouw de muren van Jeruzalem op’ (II)

‘Wees Sion* welgezind en schenk het voorspoed,
bouw de muren van Jeruzalem weer op.’
(Uit Psalm 51 vers 20)

* De naam ‘Sion’ is een aanduiding voor de woonplaats van God op deze aarde. Lees 1 Korintiërs 3 : 16-23 voor een NT duiden van het woord Sion.

Geciteerd: In de vorige lessen hebben we over de eerste geboden geleerd, die op God gericht zijn. In de eerste plaats dat men Hem – ons leven lang – met het hele hart moet vertrouwen, vrezen en liefhebben. In de tweede plaats dat men Zijn heilige Naam niet mag misbruiken om te liegen of ander kwaad te doen – daarentegen deze Naam altijd tot eer van God en tot nut en zaligheid van onze naaste en onszelf zal gebruiken. In de derde plaats dat men op de feest- en rustdag met ernst en aandacht over Gods Woord zal spreken en prediken, om ons hele leven daarnaar te richten.
Nu volgen de andere geboden [van de tweede tafel], die meer gaan over de omgang met onze naaste(n), waarvan ook het eerste het belangrijkste is.
Aan de stand [of het ambt] van vader en moeder heeft God bijzondere eer gegeven boven alle andere standen – of kerkelijke ambten – die Hij onder Zich heeft. Hij heeft niet alleen bevolen je ouders lief te hebben, maar ook die te eren. Want tegenover je broer of zus en wat de naasten in het algemeen betreft, beveelt Hij niets meer dan hen lief te hebben. Maar voor vader en moeder maakt Hij een uitzondering en plaats hen boven alle andere personen op aarde en zet ze naast Zichzelf. Want eren is veel meer dan liefhebben, en wel omdat eren niet alleen liefde inhoudt, maar ook gehoorzaamheid, nederigheid en ontzag als tegenover een daarin verborgen majesteit. Ook wordt hier niet alleen geëist dat je hen vriendelijk en eerbiedig aanspreekt (en aanhoort), maar meer nog, dat je jezelf zó ten opzichte van hen gedraagt en laat zien dat je hen met ziel en lichaam eert en liefhebt – hen ziet als de hoogsten na God. Wil men immers iemand daadwerkelijk eren, dan moet men hem of haar ook hoog en groot achten.
Daarom moet men de jeugd duidelijk leren dat zij hun ouders zien als in Gods plaats, en moeten bedenken dat zij, al zijn zij eenvoudig, arm, gebrekkig en eigenaardig, toch vader en moeder zijn, door God aangesteld. Wegens hun gedrag, gebreken en zonden worden zij niet van deze eer beroofd. Daarom moet men niet de persoon in aanmerking nemen, maar op de wil van God letten, Die het zo gemaakt en verordend heeft. Weliswaar zijn wij in Gods ogen allen gelijk, maar als mensen kunnen wij buiten deze ongelijkheid en zonder dit ordelijk onderscheid niet leven. Daarom is het door God geboden dat je je ouders zult gehoorzamen en dat je hun gezag zult erkennen als door God ‘verordineert’.
[Maarten Luther: Deutsche Katechismus (Der Grosse Katechismus), 1529, vgl. WA 30.1, 147,20 -148,6]

Leestips: Genesis 46 : 1-7 en 47 : 1-12 (met aandacht voor de verzen 7 en 10), Psalm 34 en Hebreeën 11 : 13-16.

Lees ook het voorgaande onderwijs over het vijfde gebod: ‘Bouw de muren van Jeruzalem op‘ (I)

Bron citaat: ‘Maarten Luther – Mijn enige troost – 365 dagen met de HC’ – Samensteller en vertaler H.C. van Woerden, sr – Den Hertog uitgeverij (2015)

’s Nachts richtte God Zich in een visioen tot Israël. “Jakob! Jakob!” riep Hij, en Jakob antwoordde: “Ik luister.” God zei: “Ik ben God, de God van je vader. Wees niet bang om verder te reizen naar Egypte, want Ik zal daar een groot volk uit je doen voortkomen. Ik Zelf zal met je meereizen naar Egypte, en Ik zal je er ook weer vandaan brengen. En niemand anders dan Jozef zal jou de ogen sluiten.“‘ (Uit Genesis 46 uit de verzen 1-7 : 2-4)

Bron afbeelding: Prayables

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

‘Bouw de muren van Jeruzalem op’! (I)

Hij reisde met hen terug naar Nazaret en was hen gehoorzaam.’
(Uit Lukas 2 vers 51)

[Meditatie gelezen en overdacht op zondag 19 oktober 2025]
NB Eerste meditatie bij het overdenken van het vijfde gebod n.a.v. HC Zondag 39 vraag 104.

Geciteerd: In dit eerste gebod van de tweede tafel van de wet leren we, na de verheven werken van de eerste vier geboden, dat er geen betere werken zijn dan gehoorzaamheid en dienstwilligheid tegenover allen die over ons gesteld zijn. Daarom is ongehoorzaamheid een groter zonde dan doodslag, onkuisheid, diefstal, bedrog, laster en wat daar verder toe behoren mag (vgl. 1 Samuël 15 : 23). Want het onderscheid in zonden – dat de ene zonde groter is dan de andere – kunnen wij niet beter kennen dan uit de volgorde van de geboden van Gods wet. Het is echter wel/ook waar dat ieder gebod ook weer verschil en mate van overtreding kent. Wie weet niet (1) dat schelden erger is dan kwaad worden (2), slaan erger dan schelden, vader en moeder slaan (‘geselen’ – niet alleen fysiek maar dat kan ook mentaal/geestelijk/psychisch met woorden en daden) erger dan iemand anders slaan?! Zo leren nu deze zeven geboden van de tweede tafel ons, hoe wij ons tegenover onze medemensen zullen oefenen in goede werken en wel in de eerste plaats tegenover hen die – door Gods beleid – over ons gesteld zijn.
Het eerste werk is dat wij onze natuurlijke vader en moeder eren. Dit eren bestaat niet alleen daarin dat je hen dit met uiterlijke beleefdheid laat zien, maar ook dat je naar wat zij te zeggen hebben goed luistert, op hun woorden en werken let, deze hoogacht en er waarde aan hecht, hen recht van spreken laat hebben enzovoort – dat is dus het hen ‘gehoorzaam’ zijn daadwerkelijk in praktijk brengen. (3)
Verder zullen (onvolwassen) kinderen zich aan hen (als regel) onderwerpen, tenminste als het niet tegen de voorgaande (en volgende) geboden van Gods wet ingaat, en daarbij – als dat nodig is – hen verzorgen met voedsel, kleding en onderdak. Want Hij heeft niet voor niets ons gezegd: Ú/jullie zullen hen eren.’ Hij zegt niet: U/jullie zullen hen liefhebben, hoezeer dat ook aan de orde is. Je ouders eren betekent nog meer dan hen liefhebben, want eren is dat vrees [ontzag, vanwege de plaats die God hen in je leven gaf! (3)] en liefde samengaan.
[Maarten Luther: Von den guten werken, 1520, vgl. WA 6,250, 19-251, 6]

(1) Wordt ons en de kinderen/jongeren in onze gemeente dat nog – mee vanwege de leerdiensten – met regelmaat onder de aandacht gebracht? Want alleen maar de opsomming van de wetsregels leren ons dat niet! Die opsomming – op de zondag in de samenkomsten/diensten – kan ons wel helpen herinneren aan het onderwijs dat wij (eerder) bij Gods geboden ontvingen. Heel de samenleving (thuis, op school, in de gemeente, op het werk, etc.) zal baat hebben van dit onderwijs aan de leden van de gemeenten van onze Heer.
(2) Lees hierbij Handelingen 23 : 1-5, waar Paulus verontwaardigt reageert naar de hogepriester Ananias nadat deze opdracht gaf – in de rechtszaal nog wel! – hem op de mond te slaan. Hij zegt: ‘God moge u slaan gij gewitte wand‘ en verwijst met die woorden naar wat geschreven is in Ezechiël 13 : 10-16.* Bij zijn excuses – even later – verwijst hij ook weer naar wat geschreven is: zie zijn woorden in Handelingen 24 : 5.
* Die woorden uit Ezechiël 13 zijn in het jaar zeventig (ook nog weer) vervuld geworden.
(3) Ook van onze Heer Jezus staat dat geschreven! Zie Lukas 2 : 46-52 en ook Hebreeën 5 : 8-9.

Leestips: Ezechiël 13 : 1-23, Handelingen 22 : 23 t/m 23 : 5 en Efeziërs 5 : 21 t/m 6 : 9.

Lees ook deze blog: ‘Bouw de muren van Jeruzalem op’! (II)

Bron citaat: ‘Maarten Luther – Mijn enige troost – 365 dagen met de HC’ – Samensteller en vertaler H.C. van Woerden, sr – Den Hertog uitgeverij (2015)

Kinderen wees gehoorzaam aan je ouders uit ontzag voor de Heer, want zo hoort het. “Toon eerbied voor je vader en je moeder”, dat is het eerste gebod waaraan een belofte verbonden is: ‘Dan zal het u/jullie goed gaan en zullen jullie lang leven op aarde.” Vaders, maak jullie kinderen niet verbitterd, maar vorm en vermaan hen bij het opvoeden zoals de Heer dat wil.’ (Uit Efeziërs 6 de verzen 1-4)

Ze – de profeten in Israël ten tijde van de profeet Ezechiël – zijn niet in de bres gesprongen voor hun volk, ze hebben er geen muur omheen gebouwd, die op de dag van de Heer in de strijd zou kunnen standhouden.‘ (Uit Ezechiël 13 vers 5)

Bron afbeelding: Bible Hub

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

Over de vijf bedieningen…

Jullie weten dat we jullie nooit naar de mond hebben gepraat en dat onze woorden nooit een dekmantel waren voor onze hebzucht. God is onze getuige. ‘ (Uit 1 Tessalonicensen 2 de verzen 1-12 vers 5)

Geciteerd 1: ‘Je ziet inderdaad dat steeds meer kerken of andere organisaties aan de slag gaan met de vijf bedieningen. Er is interesse bij mensen uit verschillende denominaties zoals in pinksterkerken maar ook uit traditionele, evangelische kerken of Mozaïek hebben studenten zich aangemeld voor de bijbelschool.’
Geciteerd 2: Ook buiten de kerk helpt het als er iemand in je team hart heeft om mensen tot Jezus te leiden (evangelist), iemand die zich ontfermt over mensen door voor hen te bidden voor genezing en bevrijding (herder), een leider die stimuleert dat het koninkrijk van Jezus wordt gebouwd (apostel), iemand die het team bouwt op bijbelse principes (leraar) en iemand die luistert naar Gods stem en richting geeft (profeet).
Ook in bijvoorbeeld het bedrijfsleven hebben de vijf bedieningen zo hun nut. Dan kan ook daar het Koninkrijk doorbreken.’

Opgemerkt 1: Apostel=’Een leider die stimuleert dat het koninkrijk van Jezus wordt gebouwd’? Wanneer we in 1 Korintiërs 4 : 6-21 lezen welke plaats God Zijn apostelen heeft toegewezen, dan kan ik me niet voorstellen dat er ook maar iemand rondloopt die deze plaats nog begeert of zou kunnen vervullen. In 2 Korintiërs 11 : 12-15 blijkt dat er toch mensen waren die zich als apostelen wilden laten gelden en ook in de gemeente te Efeze waren er mensen gekomen, die meenden zich als apostelen te kunnen doen gelden, maar blijkbaar waren de oudsten en de gemeente zelf de waarschuwende woorden van Paulus – zie Handelingen 20 : 29-31 – nog niet vergeten en wisten ze deze apostelen als leugenaars te ontmaskeren (Openbaring 2 : 2). Kunnen wij dat in deze tijd ook nog? En Paulus (en de andere apostelen) wees (wezen) en stelde(n) geen apostelen aan, maar medewerkers (o.a. Timoteüs en Titus, en zie het onderwijs in de brieven aan hen) en oudsten (zie Handelingen 14 : 22-23 en 20 : 17-38) die als voorganger(s) hun taak in de gemeente zouden gaan uitvoeren naar het voorbeeld en onderwijs dat de apostelen gegeven hadden.
Lees verder nog 1 Korintiërs 4 : 9-22 en 1 Timoteüs 4 : 11-16, 2 Timoteüs 3 : 10-16 en Titus 3 om te weten hoe voorgangers (oudsten en predikers) kunnen meewerken aan het ‘bouwwerk’ (zie 1 Korintiërs 3 : 9-15) dat de gemeenten van Christus zijn, dankzij het werk van de (OT) profeten en apostelen. Dat bouwwerk bestaat dus al en het fundament is al door de apostelen gelegd, laat we er dus op toezien hoe iemand bouwt! Daar komt geen wereldwijsheid bij te pas! – Zie 1 Korintiërs 3 : 18-23!

Opgemerkt 2: Leraar=’Iemand die bouwt op Bijbelse principes’? Of is dat iemand die heel Gods Woord geschikt weet om zichzelf en de gemeente op te bouwen – Zie Handelingen 20 : 32-35, 1 Timoteüs 4 : 11-16, 2 Timoteüs 2 : 1-5, 4 : 1-5 en Titus 3 : 8.

Opgemerkt 3: Profeet=’Iemand die luistert naar Gods stem en richting geeft’? Laten we dan allereerst maar weer wijzen op wat Paulus de gemeente in 1 Korintiërs 4 : 6-7 schrijft: ‘Ga niet uit boven wat geschreven is‘ en in zijn tweede brief waarschuwt hij nog ernstiger! – In de hoofdstukken 10 (vanaf vers 12), 11 en 12 benadrukt hij dat hij geen indruk wil maken met zaken die hij rechtstreeks van God te horen of te zien zou hebben gekregen, maar dat de gemeenten het moeten doen met het onderwijs dat ze van hem gehoord hebben en met het voorbeeld dat hij hen gegeven heeft.

Opgemerkt 4: Herder=’Iemand die die zich ontfermt over mensen door voor hen te bidden voor genezing en bevrijding.’? Laten we hierbij dan maar wijzen op de praktijk die Jakobus aanbeveelt en dan blijken de oudsten van een gemeente daar een taak in te hebben. En wat de kracht van het gebed betreft, wijst hij op de gelovigen in de gemeente: ‘het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet.’ Onze Heer zei: ‘Geloof alleen!‘ En Jakobus wijst nog op de profeet Elia en die maakt hij niet bijzonder, maar noemt hem ‘een mens als wij‘. Ook Paulus vond het nodig de gemeente van Galatië erop te wijzen, dat hij zich nooit boven hen heeft willen verheffen – zoals anderen in die gemeente wel bezig waren om dat te doen. Lees het na in Galaten 4 : 12-20. En laten we oppassen voor ‘huurlingen’ en ‘dieven’ (1) die zich – o.a. via organisaties – opdringen aan de gemeenten met hun bijzondere gaven van genezing en bevrijding!

(1) Jezus wordt in de Bijbel juist beschreven als de “Goede Herder” en niet als een “huurling”. Een huurling laat schapen in de steek bij gevaar, omdat diegene alleen om zichzelf geeft. Jezus, daarentegen, beschermt de kudde, heeft een sterke band met Zijn volgelingen en heeft Zijn leven gegeven voor de schapen. En: ‘De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan’ – Lees het na in Johannes 10 : 1-15.

Opgemerkt 5: Evangelist=’iemand in je team (?) die hart heeft om mensen tot Jezus te leiden.’? In een gedoopte gemeente, waar het Evangelie verkondigd wordt, daar horen de schapen en lammetjes de stem van de Goede Herder en leren die steeds beter (her)kennen en volgen en ze verlangen er naar zich dagelijks te voeden met het voedsel van zijn (groene) weiden, tenminste wanneer in de Christus gemeenten inderdaad Zijn Evangelie naar waarheid verkondigd wordt. Zulke schapen en zelfs de lammetjes helpen ook andere schapen en lammetjes* – die niet uit de eigen schaapskooi komen, maar die Christus al wel op het oog heeft – om ook te luisteren naar Zijn stem!
* Wij hoorden pas achteraf hoe een van onze jonge kinderen, die regelmatig bij een vriendje van niet kerkelijke buren speelde, hen aanleiding gaf om zich ook bij een christelijke gemeente te voegen.

En wat dat bouwen op/vanuit ‘Bijbelse principes’ betreft, lees daar dan eens deze overdenking van Dietrich Bonhoeffer bij: ‘Gods wil in tijden van nood…

Bron citaat: ND Geloof – ‘Wat is die ‘vijfvoudige bediening’ waarover het in steeds meer evangelische kerken gaat?’ – door Wian Slendebroek

Wees waakzaam, volhard in het geloof, wees moedig en sterk. Alles wat jullie doen, doe dat met/uit liefde.‘ (Uit 1 Korintiërs 16 : 13-14)

Bron afbeelding: Tumblr

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

Het beeld Gods en de gereformeerde belijdenis…

Zo staat er ook geschreven: “De eerste mens, Adam, werd een levend, aards wezen.” Maar de laatste Adam een levend makende Geest.‘ (Uit 1 Korintiërs 15 vers 45)

Geciteerd 1: De gereformeerde belijdenis maakt immers onderscheid. Enerzijds is er het beeld Gods in engere zin – in ware kennis, gerechtigheid en heiligheid. Dit is verloren door de val van de mens in het paradijs. Anderzijds is er het beeld Gods in bredere zin, dat in zekere mate is gebleven – redelijkheid, verantwoordelijkheid en heerschappij.

Opgemerkt 1: 1 Korintiërs 15 plaatst de natuurlijke mens (de eerste Adam) helemaal niet zo hoog als de gereformeerde belijdenis hier doet. En wanneer we dat beseffen, dan gaan we de eerste hoofdstukken van Genesis (en het OT) toch anders lezen, begrijpen en toepassen. Dan is het ook niet nodig te stellen dat de mens zich door de zondeval direct van die hoge gaven beroofd heeft (want de natuurlijk mens bezat die niet, ook in het paradijs niet). Door zijn sterfelijkheid en door een vijandige natuur en de macht van de boze werd het leven een zware opgave, heel anders dan in de paradijstuin. Het Godsvertrouwen werd/wordt nu door allerlei oorzaken zwaarder op de proef gesteld dan bij het spreken van de slang in de paradijstuin.

Geciteerd 2: Doordat De Boer dit onderscheid niet noemt, lijkt hij in algemene zin te stellen dat het beeld Gods niet verloren is gegaan bij de zondeval. Maar de Schrift leert ondubbelzinnig dat vernieuwing in Christus nodig is, wat veronderstelt dat er verlies heeft plaatsgevonden. Zie bijvoorbeeld Efeze 4:24: „En aandoen de nieuwe mens, die naar God geschapen is in ware rechtvaardigheid en heiligheid.” En ook Kolossenzen 3:10: „En aangedaan hebt de nieuwe mens, die vernieuwd wordt tot kennis, naar het beeld Desgenen, Die hem geschapen heeft.”

Opgemerkt 2: Die ‘nieuwe mens aandoen’ is dus niet weer gelijkvormig worden aan ‘eerste Adam uit het paradijs’. Lees het na in 1 Korintiërs 15 : 35-58 en lees ook Romeinen 5 : 12-21 en 2 Korintiërs 2 : 7-18.

Bron citaten: RD Opinie – ‘Verlies Gods beeld kern gereformeerde antropologie’ – door Piet Verolme (De auteur is Programma Manager ICT projecten.)

Tot op de dag van vandaag ligt er een sluier over hun hart, telkens als de wet van Mozes wordt voorgelezen. Maar telkens als iemand zich tot de Heer wendt, wordt de sluier weggenomen. Welnu, met de Heer wordt de Geest bedoeld, en waar de Geest van de Heer is, daar is vrijheid. Wij allen die met onbedekt gezicht de luister van de Heer aanschouwen, zullen meer en meer door de Geest naar de luister van dat beeld (1) worden veranderd.‘ (Uit 2 Korintiërs 3 : 15-18)

(1) Die luister betreft vooral het geloof, het vaste Godsvertrouwen, zoals die volmaakt aanwezig waren bij onze Heer Jezus Christus, we lezen daarover in 2 Korintiërs 4 : 7-18.

Bron afbeelding: Pinterest

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

De maretak, een ‘boom-dief’…

Opgemerkt: Uit het verhaal blijkt dat de maretak de voedingssappen, die een boom nodig heeft voor gezonde wortels en groei, aan de boom ontrooft, waardoor de gezondheid van de boom ondermijnd wordt. Zullen we de maretak daarom maar eens vergelijken met organisaties en voorgangers die parasiteren op de gemeente van onze Heer en haar leden. De maretakken zelf zien er juist in een tijd van dorheid opvallend groen en fris en vruchtdragend uit en kunnen daarom de indruk wekken dat ze dat frisse groen en die vruchten aan zichzelf te danken hebben, maar niets is minder waar. Lees ook het Engelstalige verhaal onder deze afbeelding van de mistletoe.

Bron (afbeelding en tekst): Biblical Creation

MISTLETOE – THE “TREE THIEF”

The scientific name for mistletoe is Phoradendron, meaning “tree thief”. Mistletoe is commonly used as a Christmas decoration, popularized by its bright white berries and green foliage during the Christmas season when other vegetation has turned brown. The custom of kissing under mistletoe may be a carry-over from an older custom requiring enemies who met under a clump of mistletoe (whose extract is extremely poisonous) to disarm, embrace, and refrain from combat.
Mistletoe is actually an agent of death in more ways than having poisonous leaves. It is a parasite that burrows its wedge-shaped roots into the limbs of host trees and gradually sucks all of the moisture and nutrients out of its host. With each passing year, the tree weakens and produces fewer leaves while the mistletoe spreads and produces more leaves. Eventually, the only green left upon the tree is the mistletoe leaves. Once this happens, the mistletoe also dies. Why would evolution develop a process that automatically results in the organism’s own death?
Parasites exist only because we live in a fallen, death-filled, sin-influenced world. Plants such as mistletoe would not be expected from evolutionary processes, but they testify to the reality of an intelligent designer who allowed death to enter creation because of mankind’s actions. Yet, this same Designer entered into creation as a babe in a manger, Jesus Christ, in order to conquer death by taking that penalty upon Himself. He then rose victorious over death. This is the real message and meaning of the Christmas season.

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

Aan wie stellen wij onze jongeren bloot? *

Alleen vrees ik dat, net zoals Eva door de slang weggelokt werd van het eenvoudige vertrouwen op Gods Woord, jullie gedachten weggelokt worden van de eenvoudige en zuivere toewijding aan Christus. Jullie hebben er immers geen enkel bezwaar tegen dat iemand jullie een andere Jezus verkondigd dan wij hebben gedaan, of dat jullie een andere geest of een ander evangelie ontvangen dan jullie ontvangen (1) hebben.’ (Uit 2 Korintiërs 10 : 12 t/m 11 : 33 hierboven 11 : 3-4).
(1) Door onze verkondiging en bij jullie Doop en door de wijze waarop wij het Evangelie aan jullie hebben voorgeleefd.

Geciteerd: ‘’Mijn ouders hebben altijd gezegd dat we het geloof zelf moesten onderzoeken’’, vertelt Joshua. ‘’Toen ik op een leeftijd kwam dat ik erover na ging denken merkte ik dat ik eigenlijk helemaal geen zin had om bijbel te lezen en naar de kerk te gaan. Ik zag het verschil tussen enthousiaste christenen, zoals mijn ouders, die dit vrijwillig deden en mijzelf. Ik kwam tot de conclusie dat zij God persoonlijk kennen. Als 14-jarige vroeg ik God om zich persoonlijk aan mij te laten zien. Tijdens de aanbidding bij Opwekking reageerde ik op een oproep en daar had ik echt een ontmoeting met God en Zijn liefde.’’

Joshua vroeg Noah mee naar de New Wine conferentie, omdat hij en zijn familie zagen dat Noah een ontmoeting met Jezus nodig had. En die kwam er: ‘’Een vriend van Joshua ging op een nacht voor mij bidden en vroeg wat ik zou zeggen als Jezus voor mij stond. Ik begon eerst maar wat dingen te noemen die ik kende zoals ‘ik hou van U’, maar na zo’n 20 seconden was het plotseling alsof Jezus daar echt stond. Ik voelde Zijn heiligheid en Zijn licht, maar ik voelde tegelijkertijd ook die afstand tussen mij en God door mijn zonden. Ik huilde, totdat hij bad dat mijn verdriet in blijdschap zou veranderen. Toen was ik ineens super blij, want ik besefte dat dat precies is waar Jezus voor aan het kruis is gegaan.’’

Noah werd ter plekke vervuld met de Heilige Geest. Op dat moment had Joshua een moment van gebed en profetie met zijn vriendengroep, waarbij telkens iemand plaatsnam in de kring. Toen het Joshua’s beurt was om in het midden te zitten en voor zich te laten bidden kwam Noah aangerend. Ze omhelsden elkaar en beiden begonnen te huilen. Hetzelfde gebeurde bij twee andere broers uit de groep. De broers omschrijven het als een ‘redemption moment’. Vervolgens gebeurde er nog iets bijzonders: ‘’Ik weet nog dat ik ging rennen en daar gewoon niet mee kon stoppen. Ik werd niet moe’’, vertelt Noah. Hij wilde voor iedereen bidden, iedereen werd vervuld met de Heilige Geest en ging voor elkaar bidden. Joshua: ‘’Ik weet nog dat Noah ook naar andere groepen ging rennen en zij kregen ook een ontmoeting met Jezus. Mensen weten zelfs vandaag de dag nog dat dat het moment is geweest dat zij God voor het eerst hebben ervaren.’’

En hier hield het niet op. Het klinkt misschien als een groot succesverhaal, maar beide broers zijn er open over dat het met vallen en opstaan is geweest. Joshua: ‘’Ik was in het begin echt zo’n mega ‘conferentie-christen’, die van hoogtepunt tot hoogtepunt leefde, maar thuis weer dipjes had. Ik kijk erop terug dat ik dat gewoon echt nodig had. Ik moest vallen en opstaan en leren dat ik niet moest leven als gevoelschristen, maar als geloofschristen. Ik voelde al snel dat ik moest breken met een pornoverslaving. (2) Dat heeft jaren geduurd, omdat het een proces was waarin God in mijn hart moest werken en ik moest ontdekken hoe genezing te ontvangen. Wij moesten allebei leren hoe je dan leeft in de vrijheid met Christus, hoe je stille tijd stabiel wordt en dat Jezus niet alleen je Vriend, maar ook Koning en God moet worden.’’
(2) Ze zijn werkelijk ‘van alle markten thuis’, daar kan je als gewoon gemeentepredikant niet aan tippen.

In de afgelopen 1.5 jaar zijn er 60 jongeren door de organisatie gedoopt. Wellicht zijn er jongeren die dat na de Alpha in hun eigen kerk hebben gedaan en staat de teller in werkelijkheid alleen nog maar hoger. ‘’Letterlijk iedere week komen krachtige getuigenissen binnen van mensen die diepe innerlijke genezing ervaren, die bevrijd zijn van angsten en depressies, die breken met verslaving, echt atheïstische mensen die tot geloof komen en mensen die lauw waren of dachten dat zij het wel wisten, maar Jezus dan leren kennen hoe Hij echt is. Allemaal omdat zij gewoon met God gaan leven en God gaat vervolgens laten zien hoe en wat. We hebben het over zoveel honderd jongeren die allemaal individueel een verhaal hebben waar je een interview over zou kunnen doen. Wij waren ooit een van die jongeren. Als al die honderden jongeren ook weer honderden jongeren bereiken, dan zijn de mogelijkheden oneindig en de vruchten oneindig.’’

De New Wine conferentie waar Noah geraakt werd door de Heilige Geest beschrijven de broers als een van de krachtigste. Tijdens dat weekend sprak Christian Tan over ‘radicaliteit’ in een van de seminars die Noah aan het denken zette. Dit artikel verschijnt ook op de website van zijn stichting ‘Meer Jezus’.

* Deze vraag n.a.v. de Joyn-dienst op zondag 12 oktober 2025 o.l.v. Joshua van der Vegt. In het geciteerde artikel worden vijf organisaties (Youth United, Youth Alpha, ROOTS, New Wine en stichting ‘Meer Jezus’) genoemd, die op professionele wijze (met o.a. moderne communicatie-strategieën waarvan ook politici zich bedienen) hun evangelie promoten m.n. onder jongeren.

Zie ook deze blog: De maretak, een ‘boom-dief’

Bron citaat: revive-nl – ‘Joshua (23) & Noah (20) leiden krachtige beweging onder jongeren in Harderwijk: “Wekelijks komen getuigenissen binnen van levens die compleet veranderd zijn!”‘ – door Vanity Wijnhamer

Dit zegt hij die de zeven sterren in Zijn rechterhand houdt en tussen de zeven gouden lampenstandaards verblijft: Ik weet wat jullie doen, hoe jullie je inzetten en standhouden, en dat jullie de boosdoeners niet verdragen. Zo hebben jullie mensen die beweren dat ze apostelen zijn – zie o.a. 2 Korintiërs 11 : 12-15! – op de proef gesteld en als leugenaars ontmaskerd. Jullie zijn standvastig en hebt veel te verduren omwille van Mijn Naam, zonder te verslappen. Maar dit heb ik tegen jullie: Jullie hebben de eenvoudige liefde (het ootmoedig en liefdevol en zonder pretenties samenleven) – zie 1 Korintiërs 12 t/m 13 – van weleer opgegeven. Breek daarom met het leven dat jullie nu leiden – bekeer je! – en doe weer als vroeger (3). Anders kom ik naar jullie toe – niet voor een ‘opwekking’- en neem ik, als jullie geen berouw en bekering tonen, jullie lampenstandaard van zijn plaats.’ (Uit Openbaring 2 uit de verzen 1-7 : 1b-5)
(3) Daarbij moet ik (o.a.) denken aan het eenvoudige samenleven van onze NGK-gemeente Voorthuizen-Barneveld in de laatste decennia van de vorige eeuw, waar wij vanaf 1983 lid waren.

Bij de afbeelding – Tekst op de gevelsteen boven het ‘Van den Berg kerkje’ (nu: Kerk aan het plein) in Voorthuizen.

Lees via de link over de geschiedenis van deze gereformeerde kerk

Bron afbeelding: DailyVerses-net.

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

‘Ik zal jullie niet als wezen achterlaten’…

Ik laat jullie niet als wezen achter, Ik kom bij jullie terug. Nog een korte tijd en de wereld zal Mij niet meer zien, maar jullie zullen Mij wel zien, want Ik leef en ook jullie zullen leven. Dan zul je begrijpen dat Ik in Mijn Vader ben, dat jullie in Mij zijn en dat Ik in jullie ben.’ (Uit Johannes 14 de verzen 18-20)

Maar zij kwam dichterbij, knielde voor Hem neer en zei: Heere, help mij! Hij antwoordde echter en zei: Het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter. Toen antwoordde Jezus en zei tegen haar: O vrouw, groot is uw geloof; het zal gebeuren zoals u wilt.’ (Uit Matteüs 15 : 21-28)

Geciteerd 1: Als laatste (van zeven punten over het werk van de Heilige Geest) getuigt de Heilige Geest met onze geest dat wij kinderen van God zijn (Romeinen 8:16). Het uiteindelijke doel van het werk van de Geest wordt prachtig beschreven in 2 Korintiërs 3 : 18. Door de Geest van de Heere worden we veranderd van heerlijkheid tot heerlijkheid, tot glorie van God.

Opgemerkt 1: Maar dat ‘getuigen met onze geest’ is juist het eerste en belangrijkste werk van de Heilige Geest, Die ook onze gedoopte kinderen vast en zeker gegeven is en ons altijd weer geschonken wordt op het dagelijks gebed. En daarom is de Heidelbergse Catechismus zo Bijbel- en waarheidsgetrouw door die (geloofs)belijdenis ook de gedoopte kinderen al in de mond te leggen. Onze Heer houdt er geen wezen op na in Zijn gedoopte gemeente. Dat is wat Paulus de leden van de gemeente ook indringend voorhoudt in de eerste vier hoofdstukken (en m.n. het 3e hoofdstuk) van zijn 1e brief aan de Korintiërs.

Geciteerd 2: Als tweede overtuigt de Geest ons van zonde, gerechtigheid en oordeel (Johannes 16:8). Deze boodschap wordt ook onder christenen niet altijd graag gehoord. We praten liever in termen van: je mag worden wie je bent. En hoewel dit vaak met de beste intenties gezegd wordt, worden velen afgehouden van een daadwerkelijke bekering.

Opgemerkt 2: De zonde die onze Heer noemt in Johannes 16 : 9 dat is dat de mensen niet in Hem geloven, het Woord van God in ‘levende lijve’ (zie het getuigenis van Johannes in Johannes 1 : 1-14 en 14 : 6-14).
Toen de Joodse mensen [= kinderen van het Godsvolk in Jezus tijd] Hem vroegen ‘Wat moeten we doen, hoe doen we wat God wil?‘, toen gaf Hij hen niet als antwoord ‘Onderhoud Gods geboden’ (zoals hij dat wel deed bij de ‘rijke jongeling’, Matteüs 19 16-30, Markus 10 17-30), maar Hij antwoordde: ‘Dit moeten jullie voor God doen, geloven in Hem Die Hij gezonden heeft.’
En bij gerechtigheid moeten we denken aan de gerechtigheid die er is door het geloof (zie Romeinen 3 : 21-31 en 11 : 30-36). En alhoewel Paulus in Romeinen 1 schrijft over de toorn van God over alle ongerechtigheid in deze wereldtijd, moeten we bij het woord oordeel hier toch eerst en vooral denken aan het oordeel van God over het ongeloof van ons mensen, dat we God niet vertrouwen op Zijn Woord. In sommige kerken is dat zelfs tot theologie geworden en daarom wil/durft men daar de gedoopte gemeente niet aanspreken als kinderen van God, die zich allen gered mogen weten door het bad der wedergeboorte en de vernieuwende kracht van de Heilige Geest, Die Hij door onze Redder Jezus Christus rijkelijk over hen/ons heeft uitgegoten (naar Titus 3 : 4-7).

Opgemerkt slot: Onze (oer)zonde in het paradijs was niet het in ongehoorzaamheid overtreden van een proefgebod, maar het gebrek aan vertrouwen in God en Zijn Woord. Vergelijk het maar met kinderen die van hun ouders te horen krijgen dat ze niet door het hek de grote tuin, waar ze mogen spelen onder toezicht van hun ouders, de gevaarlijke buitenwereld in mogen en wel omdat ze (nog) niet weten wat daar de ‘verkeersregels’ zijn. En daarom zullen ze zich vermaken en bezighouden met alles wat er in die grote tuin te doen en te leren valt. Dan zullen ze in samenleven en gesprek met hun ouders leren wat nodig is voor een bestaan in de gevaarlijke buitenwereld… Maar wat als die kinderen hun ouders niet geloven en toch – op aanstichten van een ‘binnendringer’ – menen wel op eigen houtje die gevaarlijke buitenwereld aan te kunnen…
We zien later bij Abraham en Sara weer bevestigd dat God geloofsvertrouwen verlangt en de opdracht aan Abraham ‘leef onberispelijk’ betekende: Leef in vertrouwen op Mijn Woord (Mijn beloften, die later in en door Jezus Christus ‘ja en amen’ bleken te zijn!, zie 2 Korintiërs 1 : 19-22). De ‘wet van Mozes’ met haar voorschriften kwam pas 430 jaar later (zie Galaten 3 en ook Handelingen 15 : 8-11).

Bron citaat: RD Opinie – ‘„Onthoud ons nooit Uw lieve Heilige Geest”’ – door Marieke den Butter*
* De auteur werkt in Zuidoost-Azië, waar ze met haar man Jaap betrokken is bij kerkplanting onder onbereikte bevolkingsgroepen. Dit artikel is een samenvatting van de lezing die zij gaf op de Vrouw-tot-Vrouwdag op 25 september.

Bron afbeelding: Eastern lightning-the Light of Salvation

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie

“Aangevochten over de eeuwige verkiezing”

Meent u dat Ik behagen heb aan de dood van de goddeloze (spreekt de Heere Heere) en niet veelmeer, dat hij zich zal bekeren van zijn doen, en zal leven?‘ (Uit Ezechiël 18:23, weergave DB 1545)

[In een troostbrief aan iemand die werd aangevochten over de eeuwige verkiezing schreef Luther op 20 juli 1528 het volgende]: Ik heb gehoord dat u bent gevangen en verward in zeldzame en wonderlijke gedachten. Gedachten die de voorbestemming [of predestinatie] van God betreffen, waardoor u als het ware doof en radeloos daarover bent geworden. Ten slotte dat er ook zorgen zijn dat u de hand aan uw eigen leven zult slaan. God de Almachtige moge u daarvoor bewaren!

Dit waren uw klachten en bezwaren: dat God van eeuwigheid weet, wie zalig zijn of zalig zullen worden, hetzij dat ze gestorven zijn, leven, of nog geboren moeten worden. Dat is waar en dit zal en moet worden toegestemd. Want God weet alle dingen, en voor Hem is niets verborgen. Immers, Hij heeft de druppels van de zee, de sterren aan de hemel, de bladeren van alle bomen en de haren op de hoofden van de mensen geteld. Die ziet en weet Hij alle. Daaruit trekt u de conclusie: doe nu wat je wilt, goed of kwaad, tóch weet God of je zalig zult worden of niet. Ook dat is waar! Daarnaast denkt u meer aan de verdoemenis dan aan de zaligheid, en met betrekking tot dat weet u ook niet hoe God ten aanzien van u gezind is – waarover u nu helemaal kleinmoedig en terneergeslagen bent. Vanwege deze aanvechtingen moet ik, als een dienaar van mijn Heere Jezus Christus, u deze brief en troost schrijven, zodat u zou mogen weten hoe God de Almachtige ten aanzien van u gezind is: óf Hij u tot de zaligheid óf tot de verdoemenis heeft voorbestemd.

Hoewel God de Almachtige werkelijk alle dingen weet, en alle daden en gedachten in alle schepselen naar Zijn wil moeten geschieden [tot behoud of verderf], tóch is het Zijn oprechte [openbare] wil en mening, ook Zijn bevel, van eeuwigheid besloten, om alle mensen de zaligheid en de eeuwige vreugde [door het Evangelie] deelachtig te maken (o.a. Markus 16:15 vv). Zoals ook in Ezechiël 18 (v. 23) duidelijk geschreven staat: ‘God wil niet de dood van de zondaar, maar dat hij zich zal bekeren en leven.

Omdat God nu de zondaren, die onder de wijde en hoge hemel overal leven en zwerven, wil zalig maken en wil hebben, wil Hij u niet uitsluiten en van de genade van God afzonderen door uw dwaze gedachten, die door de duivel zijn ingegeven. Want Zijn genade strekt zich uit van het oosten tot het westen en zover als de wereld reikt (Psalm 103 : 12). Zijn genade overschaduwt allen die zich bekeren, oprecht berouw hebben en boete doen, Zijn barmhartigheid aannemen [of geloven] en Zijn hulp begeren.

Paulus zegt in Romeinen 10 vers 12: ‘Want God is rijk over allen die Hem aanroepen.’ Daartoe behoort een oprecht en waar geloof, dat deze vrees en wanhoop [over de eeuwige verkiezing] zal uitdrijven. Dit geloof is onze gerechtigheid, zoals Romeinen 3 vers 22 spreekt over ‘de gerechtigheid van God door het geloof in Jezus Christus in allen en over allen die geloven.’ Let nu op deze woorden: in allen en over allen. Vraag aan uzelf of u niet ook tot die allen behoort, en of u niet één van hen bent die geloven. Uw eigen hart zal u daarvan wel overtuigen! En in uw geweten zult u wel voelen dat u te hoog wilt opstijgen en fladderen, aan deze heilloze gedachten ruimte en plaats wilt geven, en dat u nu Gods Woord en Evangelie in de wind slaat.

Daarom hebt u nog meer reden om te bidden en te smeken, en over de verhoring daarvan zeker te zijn. Ook in het geval dat God de verhoring uitstelt en deze niet zo spoedig komt, blijft Hij toch niet buiten. Want Hij zal hen die Hem aanroepen niet verlaten, maar hun vrezen en beven door het gebed verminderen, ja helemaal uit- en wegdrijven. Hij zal de wanhoop en haar hoofd op verlof sturen: dat is de duivel en zijn scheepsvolk. En voortaan mag u niet anders denken, wanneer dergelijke goddeloze gedachten u invallen, dan dat ze bij de boze geest, de duivel, vandaan komen. Ook mag u ze niet aan uzelf toeschrijven, maar aan deze verleider.

Zoals gezegd, komen de aanvechtingen over de eeuwige verkiezing niet van God, maar van de duivel. Daarom moet u God voortaan aanroepen en om bewaring, bijstand en hulp tegen deze verleider bidden. Denk dan steeds zoveel aan de zaligheid als dat u nu denkt aan de verdoemenis. En troost u met Gods Woord, dat waar en eeuwig is. Dan zullen zulke kwade stormwinden wel gaan liggen en ophouden. U weet toch de goede, rechte en juiste weg, waarom wilt u dan zo lang ronddwalen? Want God de Vader toont en wijst u Zelf als met Zijn vinger de weg en wat Hij met u voorheeft. Met heldere en luide stem roept Hij: ‘Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik een welbehagen heb. Hoor Hem!’ Luister dan ook wat deze Zoon u zal raden en zeggen!

Als u zozeer verstokt en helemaal gevoelloos zou zijn, en u uw ogen niet zou opheffen naar de hemel als een vertwijfeld en verhard mens – en al zouden ook uw oren hun gehoor hebben verloren en al waren ze stokdoof geworden, zodat u God de Vader in de hoge niet hoort roepen – dan heb ik u nóg wat te zeggen: U zult de Zoon, Die langs de weg staat waar iedereen voorbij moet gaan, opmerken en zien. U zult Hem ook horen, ja nog veel luider horen roepen met een grote stem, als van een geweldige bazuin. Hoort Hem! Wat roept Hij dan? Wat in Mattheüs 11 (v. 28) zo heerlijk beschreven is: Kom, kom! ‘Kom bij Mij, allen die vermoeid en beladen bent!’ Wat wilt u nu beginnen met uw vergeefse gedachten over de eeuwige verkiezing? U zult uzelf niet zalig maken met deze en dergelijke ongegronde gedachten.

Kom bij Mij, allen die vermoeid en beladen bent, en Ik zal u verkwikken!’ Hij zegt niet alleen kom, maar ook allen – niemand uitgezonderd. Hij mag zijn wie hij wil, al zou hij zelfs behoren tot de allerergsten en de allervuilsten – hoeren, boeven, rovers, enzovoort – allen die vanwege hun zonden vermoeid en beladen zijn, die moeten komen. Wereldvromen – in de kerken (AJ) – voelen zich hier niet thuis met de schone kleren die ze aan hebben.

Wel, omdat ze dan allen moeten komen, niemand uitgezonderd, laat hem zijn of denken wat hij wil. Loop en kom dan ook mee, ja huppel ernaartoe; blijf niet moedwillig achter bij de verloren schare. Doe uzelf toch geen kwaad door zó nalatig en moedwillig te zijn.

[Trostschrift wider die Anfechtung von der Vorsehung Gottes, WABR 10, 489 ff]

Leestip: Openbaring 22:6-17 (Kerntekst vers 17)

Bron citaat: http://www.maartenluther.com – ‘Maandelijkse Meditatie uit de Geschriften van Dr. Martinus Luther (oktober 2025)’

Ik ben ervan overtuigd dat dood noch leven, engelen noch machten noch krachten, heden noch toekomst, hoogte noch diepte, of wat er ook maar in de schepping is, ons zal kunnen scheiden van de liefde van God, die Hij ons gegeven heeft in Christus Jezus, onze Heer.‘ (Uit Romeinen 8 vers 38)

Bron afbeelding: Etsy

Geplaatst in Geen categorie | Plaats een reactie