(…) 4 Aan de anderen vroeg Hij: ‘Wat mag men op sabbat doen: goed of kwaad? Een leven redden of het vernietigen?’ (a) Maar ze zwegen. 5 Hij keek hen boos aan, maar ook diepbedroefd vanwege de verharding van hun hart, en toen zei Hij tegen de man die in het midden stond: ‘Steek uw hand uit.’ Hij stak zijn hand uit en er kwam weer leven in. 6 De farizeeën verlieten de synagoge en gingen meteen met de herodianen overleggen hoe ze Hem uit de weg zouden kunnen ruimen. (Uit Markus 3)
(…) De Engelse Baptistenprediker C.H. Spurgeon schreef hierover:
“Zijn zachtmoedig en nederig hart kon alleen door geweldige oorzaken tot boosheid worden opgewekt. Wij zijn er zeker van, dat Jezus met recht boos was. Toen onze Heere tot een blik vol verontwaardiging werd bewogen, eindigde daar Zijn boosheid. Hij zag alleen rond, maar sprak geen woord van berisping. En de blik zelf had meer medelijden dan verachting in zich, meer mededogen dan hartstochtelijkheid.
De blik van onze Heere op die vergadering van tegenstanders verdient onze ernstige overweging. Hij wachtte lang genoeg bij dat rondzien, dat ieder door Zijn blik werd getroffen, zodat Hij iedereen liet weten wat met die aanschouwing bedoeld werd. Niemand ontkwam aan het onderzoekende licht, hetwelk er van dat oog zo vol uitdrukking op iedere boosaardige bespieder uitstraalde.”
(a) Zien wij ook liefst mensen (ook vijanden) en hun relaties gered en behouden of gaan wij – net als de farizeeën toentertijd – ook liever onverdroten door voor de eigen belangen en het eigen gelijk.
Bron tekst: mijnwegnaarhetlicht
Bron afbeelding: SlideShare