Over het geloof van kinderen…

Maar zij kwam dichterbij, knielde voor Hem neer en zei: Heere, help mij! Hij antwoordde echter en zei: Het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter. Toen antwoordde Jezus en zei tegen haar: O vrouw, groot is uw geloof; het zal gebeuren zoals u wilt. En haar dochter was vanaf dat moment gezond.’ Mattheus 15: 21-28 (HSV)

Opgemerkt 1: Hier lezen over hoe onze Heer zich verheugde over het geloof van deze Kananese (heidense) vrouw. Voor deze vrouw en dat geloof van haar zullen de ‘professoren uit Jeruzalem’ wel hun neus hebben opgetrokken: Kon en moest deze vrouw hen en het Godsvolk iets leren over geloven in God en de Messias die Hij zenden zou? Het zou wat!

Geciteerd 1: En hoewel de hoogleraar (prof. Van Dam) voluit erkent dat het uiteindelijk niet gaat om een exacte leeftijd waarop mensen aan het avondmaal mogen deelnemen en dat mensen in de achterliggende eeuwen soms veel eerder geacht werden volwassen te zijn, houdt hij eraan vast dat voor deelname aan het avondmaal een zekere volgroeidheid, onderscheidingsvermogen, onderricht en „een geloofwaardige geloofsbelijdenis” noodzakelijk zijn. (1)

Geciteerd 2a: De mens gooide na de zondeval zijn adeldom volkomen te grabbel. Hij kan de chaos die in de schepping is ontstaan, niet wegnemen. Ook een rabbijn zat daarmee. Totdat hij die zin las over de zuigelingen, de zwaksten op deze aarde. Met daarbij de raadselachtige toevoeging dat JHWH Zich door die zuigelingen macht opbouwt om Zijn vijanden te verslaan en hun verzet te breken. Want zo staat het in Psalm 8. Net even scherper dan in het citaat van Matteüs dat luidt: ‘Uit de mond der kinderen hebt Gij U lof toebereid’.

Geciteerd 2b: ‘Kinderen roepen maar wat. Kinderen begrijpen niet waar het in het Koninkrijk van God om gaat. Kinderen zingen maar wat. Dacht Jezus nu werkelijk dat Psalm 8 over Hem ging? Nee, als je Psalm 8 voor het eerst leest, haal je dat er niet direct uit. Psalm 8 is een lofpsalm. Een psalm die gaat over de grootheid van JHWH. Een psalm van koning David. Een juweeltje. JHWH als de Schepper van al wat groot is, maar ook van het allerkleinste. JHWH, wiens naam je als het ware aan de hemel leest, wanneer je ’s nachts naar buiten loopt en de sterrenhemel bekijkt. Momenten, waarop je je als mens heel klein voelt. JHWH, wiens werk je overigens ook ontdekt als je bij een wieg staat, wanneer je een baby hoort huilen in de nacht. Natuurlijk kenden ze deze psalm! Maar dat had niets met Hem te maken…
>> Lees verder/meer van deze meditatie van ds. Arie van der Veer.

N.a.v. RD Kerk & religie – ‘Kind at van paaslam, dus ook van avondmaal? Nee, dat is te simpel’ – door Addy de Jong

Zie ook deze blogs: Over kinderen die ‘automatisch gelovigen worden’ en ‘Eén Heer, één geloof, een doop…

(1) ‘Maar, broeders en zusters (!), ik kon tot jullie niet spreken als tot geestelijke mensen. Ik sprak tot mensen van deze wereld, tot niet meer dan kinderen (!) in het geloof in Christus. Ik heb jullie melk gegeven, geen vast voedsel; daar waren jullie nog niet aan toe. en ook nu nog niet.’ (Uit 1 Korintiërs 3 de verzen 1-2)
NB. Bedenk wel dat al deze broeders en zuster (al) deelnamen aan de maaltijden van de Heer – zie hierbij ook 1 Korintiërs 10 : 1-4 en 11 : 17-26.

Bron afbeelding: Pin page

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie