Slapend rijk gemaakt – geloven moet je leren!

‘Hij is de HEER, onze God,
Zijn besluiten gelden over de hele aarde*.
Tot in eeuwigheid zal Hij gedenken
Zijn belofte aan duizenden geslachten,
het Verbond dat Hij sloot met Abraham
en voor Isaak bevestigde met een eed.’
(Uit Psalm 105 : 7-9)
* Zie ook Psalm 87 en Galaten 2 : 15-18 en Efeziërs 2!

Toen God het verbond sloot met Abraham, lag Abraham te slapen (Genesis 15). Gods beloften die moesten geloofd worden. God gaf Abraham een leerweg (1). Zo mag een baby ook slapen wanneer Gods beloften aan hem of haar betekend en verzegeld worden. Natuurlijk zal de dopeling, wanneer het geen verstandelijk gehandicapt kindje is, het geloof leren en dat door de mond van de ouders of verzorgers en verder door het onderwijs in en samenleven van de gemeente.
Lees (en herlees) 1 Korintiërs 10, hoe heel het volk gedoopt werd en at en dronk van Christus – en toch had God in het merendeel geen behagen valt daar ook te lezen en er staat ook bij waarom. Daar werd de gedoopte gemeente in Korinthe op gewezen en daar zullen ook nu nog de dopelingen (volwassenen en onvolwassenen) op gewezen en mee gewaarschuwd worden. Dus het kan zo zijn dat kinderen van God de Heilige Geest bedroeven en weerstaan en zich van het geloof afkeren en zich (daardoor) in deze wereldtijd niet meer bekeren (kunnen) – zie ook Hebreeën 6 en 12 : 16-17 en 25-29. Toch zullen we hen Gods kinderen blijven noemen en aan God overlaten hoe Hij hen zal oordelen op de dag van het laatste oordeel.
We lezen toch ook dat God de genade die Hij schenkt nooit terug neemt en wanneer Hij iemand roept dat Hij dat niet ongedaan maakt. En ook dat God ieder mens aan de ongehoorzaamheid heeft uitgeleverd – ook de meest vrome en meest ‘bekeerde’ mens is er niet vrij van! – opdat Hij voor ieder mens barmhartig kan zijn (Romeinen 10 : 25-30). Laten we God soevereiniteit ook bij die woorden maar gelden, dat is beter dan om te roepen dat Hij het recht heeft om de een naar de hel te sturen en de ander niet. Was God niet blij met een protesterende Abraham (Sodom en Gomorra) en een protesterende Mozes (gouden kalf) en met een aan het kruis voor Zijn vijanden biddende Zoon?

(1) De geschiedenis van God met Abraham (en andersom) laat ons zien dat God een leerweg is gegaan met Abraham en Sara. En toen Abrahams geloof op de proef werd gesteld (Genesis 22), toen wist God dat Abraham’s geloof ook op die manier beproefd kon worden. Had Hij dat eerder zo gedaan, dan had Abraham dat niet aangekund.
God vraagt van ons dat we net als Hem volmaakt zijn in de liefde – zie Matteüs 5 : 43, Titus 3 : 1-8 en 1 Johannes 4 : 7-21. Laten we die volmaakte liefde (en het geduld en de vergevingsgezindheid die daarbij horen – zie (o.a.) Matteüs 18 : 21-35) eerst en vooral betonen aan onze broeders en zusters in het geloof in onze gemeente(n) en kerken. Dan geven we elkaar ook de ruimte voor die leerweg van het geloof en geven we daarmee tevens een voorbeeld aan de wereld om ons heen waar vreedzaam samenleven altijd weer een onmogelijkheid lijkt en is.

Leestips: Zie bovenstaande tekstverwijzingen.

Bron afbeelding: BijbelsOpvoeden-nl

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie