Over de ongelovige boef in onze boezem…

Die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven.’
(Uit Galaten 2 vers 20)

Geciteerd 1: Laten we daarom leren om zorgvuldig onderscheid te maken tussen Christus en een wetgever, niet alleen in woorden, maar ook in feiten en in de praktijk. Dan, wanneer de duivel komt, vermomd als Christus en ons onder Zijn naam lastigvallend, zullen we weten dat hij niet Christus is, maar dat hij werkelijk de duivel is. Want Christus is de vreugde en zoetheid van een bevend en verontrust hart. We hebben dit op gezag van Paulus, die Hem hier versiert met de zoetste van alle titels, door Hem degene te noemen “die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven.”

Daarom is Christus de Minnaar van hen die in angst, zonde en dood zijn, en het soort Minnaar die Zich voor ons geeft en onze Hogepriester wordt, dat wil zeggen, degene die Zichzelf als Middelaar tussen God en ons ellendige zondaars opstelt. Ik vraag u wat er gezegd zou kunnen worden dat vreugdevoller en gelukkiger zou zijn dan dit? Als dit allemaal waar is – en het moet waar zijn, anders is het hele Evangelie vals – dan worden we zeker niet gerechtvaardigd door de gerechtigheid van de Wet, laat staan ​​door onze eigen gerechtigheid.

Lees daarom deze woorden “mij” en “voor mij” met grote nadruk, en wen uzelf eraan om dit “mij” met een vast geloof te aanvaarden en het op uzelf toe te passen. Twijfel er niet aan dat u tot het aantal behoort van hen die dit “mij” spreken. Christus heeft niet alleen Petrus en Paulus liefgehad en Zich voor hen gegeven, maar dezelfde genade behoort en komt tot ons als tot hen; daarom zijn wij inbegrepen in dit “mij”.

Want net zoals wij niet kunnen ontkennen dat wij allemaal zondaars zijn, en net zoals wij verplicht zijn te zeggen dat Adam ons door zijn zonde heeft vernietigd en tot vijanden van God heeft gemaakt die onderhevig zijn aan Gods toorn en oordeel en de eeuwige dood verdienen – want alle angstige harten voelen en belijden dit in feite meer dan gepast is – zo kunnen wij niet ontkennen dat Christus voor onze zonden stierf, opdat wij gerechtvaardigd zouden worden.

Want Hij is niet gestorven om de rechtvaardigen rechtvaardig te maken; Hij stierf om zondaars tot rechtvaardige mensen te maken, de vrienden en zonen van God, en erfgenamen van alle hemelse gaven. Aangezien ik daarom voel en belijd dat ik een zondaar ben vanwege de overtreding van Adam, waarom zou ik dan niet geloven dat ik rechtvaardig ben vanwege de rechtvaardigheid van Christus, vooral als ik hoor dat Hij van mij hield en Zichzelf voor mij gaf?””

Dr. Martin Luthers Werke (Weimarer Ausgabe) WA 40.1 (vertaling gebruikt: Luthers Works, American Edition, Concordia Publishing House, vol. 26, p.179)

Maar ga heen tot Mijn broeders en zusters, en zeg hun:
Ik vaar op tot Mijn Vader en tot jullie Vader, en tot Mijn God en jullie God.
(Uit Johannes 20 vers 17)

Geciteerd 2a: Wie leren kan, die moet nu leren het Onze Vader op de goede manier te bidden – de discipelen vroegen: ‘Heer, leer ons bidden’ en wat Hij hen en ons bidden leerde, daarvan lezen we o.a. in Lukas 11 : 1-13 (AJ). Je moet weten wat het wil zeggen wanneer je in dat gebed God je Vader noemt en dus zeker en gewis ervoor houd, dat je Zijn lieve kind bent en dat de Heere Christus ook jouw Broeder is geworden.
Geciteerd 2b: Ook jij moet dus echt beginnen met het Onze Vader op deze manier te bidden! Hoe het met dit ‘handwerk’ zal aflopen, zul je dan vanzelf wel uitvinden. Namelijk wat voor ongelovige boef er in je boezem verborgen zit. En hoe moeilijk het valt om dit onderwijs van onze Heer met heel je hart te geloven. ‘O, ik ben een arme (‘naakte’) zondaar’, zegt de natuur. Hoe zal ik mij zo hoog verheffen en in de hemel gaan zitten? (1) Zou ik durven roemen dat Christus mijn en ik Zijn broeder ben?
Geciteerd 2c: ‘Jij? Je bent het niet waardig’, zegt de duivel door mijn zondige natuur. Dan zul je zeggen: ‘Dat is helaas waar, maar zou ik dit van Hém niet geloven en aannemen, dan moet ik mijn Heere van een leugen beschuldigen en zeggen, dat het (m.i.!) niet waar is, wanneer Hij zegt dat Hij mijn Broeder is en Zijn Vader mijn Vader is. Daar moge God mij voor bewaren om Hém tot leugenaar te verklaren! (2)

(1) Zie Filippenzen 3 : 20-21 over ons hemels burgerrecht en Kolossenzen 2 : 11-15.
(2) Zie Psalm 62 : 10 en Romeinen 3 : 4 en 20-31!

Leestips: Romeinen 3 en Kolossenzen 2.

Bron citaat 1: maartenluther-com – Quotes from Luther’s Second Lectures on Galatians (55)
(If you would like to have these Luther Quotes (in English!) sent to yourself, or to family or friends you can send the email address to: info@martinluther-quotes.nl Subscribe and unsubscribe from these weekly quotes on this email address as well, or maartenluther.com These e-mails are free of charge and you are not asked for donations)

Bron citaten 2a-2c: ‘Vrees niet, geloof alleen’ – Meditaties van 14 en 15 december – Den Hertog uitgeverij (2019)

U blijkt rechtvaardig wanneer U rechtspreekt, U overwint wanneer U vonnist‘ (Uit Romeinen 3 vers 4b)

‘Ontzagwekkend is Uw antwoord,
U doet recht en redt ons, God,
op U hopen de einder der aarde,
de verten van de zee.’
(Uit Psalm 65 vers 6)

Bron afbeelding: Heartlight-org

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie