Over de wet die vrijheid brengt…

Maar als wij, in ons streven om gerechtvaardigd te worden in Christus, zelf zondaars blijken te zijn, is Christus dan een dienaar van de zonde? Beslist niet!‘ (Uit Galaten 2 vers 17)

Geciteerd: In 2 Korintiërs 3 : 7 noemt Paulus daarom terecht de bediening van de Wet een ‘bediening van de zonde’. Want de Wet doet niets anders dan het geweten beschuldigen en de zonde openbaren, die zonder de Wet dood is. De kennis van de zonde – ik heb het niet over de speculatieve kennis die huichelaars hebben; maar ik heb het over ware kennis, waarin de toorn van God tegen de zonde ‘aan den lijve’* wordt ervaren en een ware smaak van de dood wordt geproefd – deze kennis jaagt harten angst aan, drijft hen tot wanhoop en doodt hen (Romeinen 7 : 11). De Schrift noemt deze leraren van de Wet en (goede) werken slavendrijvers en tirannen. De slavendrijvers in Egypte onderdrukten de kinderen van Israël met fysieke slavernij.
* Direct uit persoonlijke, negatieve ervaring (Wikipedia).

Dus drijven deze leraren met hun leer van de Wet en (goede) werken mensen in een ellendige geestelijke slavernij, en uiteindelijk drijven ze hen tot wanhoop en vernietigen ze hen (1). Het is ook niet mogelijk voor hen om vrede van geweten te bereiken te midden van hun echte angsten en in de doodsstrijd, hoewel ze hun monastieke regel hebben nageleefd, anderen hebben liefgehad, veel goede werken hebben verricht en kwaad hebben geleden; want de Wet verschrikt en beschuldigt altijd, zeggende: ‘Maar jij hebt niet genoeg gedaan!’ Daarom blijven deze angsten bestaan ​​en worden ze steeds erger. Als deze leraren van de Wet niet worden opgewekt door (bekeerd tot) het geloof en de gerechtigheid van Christus, worden ze tot wanhoop gedreven.”

Dr. Martin Luthers Werke (Weimarer Ausgabe) WA 40.1 (vertaling gebruikt: Luthers Works, American Edition, Concordia Publishing House, vol. 26, p.148/149)

(1) Dit verwijt treft beslist ook die leraren die de gedoopte leden van de gemeente de Wet voorhouden, zonder hen op grond van hun Doop tot ware kinderen van God te rekenen. Hoezeer deze leraren ook hun vertrouwen stellen op hun (bijzondere) bevindingen en anderen leren om dat ook te doen, hun geloof heeft daarmee geen vaste grond, want ze hebben iets gezocht in en bij zichzelf!

Bron citaat: http://www.maartenluther-com – ‘Citaten uit Luthers tweede lezingen over Galaten – (39)’ – info@martinluther-quotes.nl

Kunnen wij (gelovigen) ons dan nog ergens op laten voorstaan? Dat is uitgesloten. En door welke wet komt dat? Door de wet die eist dat je hem naleeft? Nee, door de wet die eist (2) dat je gelooft.’ (Uit Romeinen 3 vers 27)

(2) ‘Zorg ervoor dat uw/jouw spreken en handelen de toets kunnen doorstaan van de wet die vrijheid brengt. Onbarmhartig zal het oordeel zijn over wie geen barmhartigheid heeft bewezen; maar de barmhartigheid overwint het oordeel.’ (Uit Jakobus 2 de verzen 12-13)

Bron afbeelding: Grateful

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie