Eerst kunnen verhalen over een ‘toeleidende weg’?

‘”Ik ben de weg, de waarheid en het leven,” antwoordde Jezus, “Ik ben de enige weg tot de Vader.“‘ (uit Johannes 14 vers 6)

Geciteerd 1: De kleinste lammetjes horen al bij de kudde, ook al weten ze het zelf niet. Maar zij hebben geen rust voordat ze die Herder hebben leren kennen. Pas later kunnen zij door terugleidend licht vertellen hoe de Heere in hun leven is begonnen. Hoe Hij door de tucht en de spiegel der wet hen van alles afgebracht heeft, alle dingen schade en drek geacht.”

Geciteerd 2:Weten jullie niet, dat wij allen, die in Jezus Christus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn?‘ Paulus maakt duidelijk waarom we in Christus’ gemeente in een nieuw leven zullen wandelen: ‘Omdat we weten – weten op grond van onze doop! – dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan zal worden en wij voortaan de zonde niet meer dienen’ (Romeinen 6 vers 6). Ons oude leven is reeds met Christus gekruisigd, dat is: het oordeel van dood en verdoemenis is erover uitgesproken en al voltrokken. Want dat is gekruisigd zijn.

Opgemerkt 1: Niemand anders dan Christus is die weg gegaan en heeft die weg willen en kunnen gaan van (eerst) alles afleggen en alle heerlijkheid prijsgeven tot in de dood. Paulus volgt onze Heer wel na in dat alles afleggen (alles ‘schade en drek achten’), maar hij zegt ook eerlijk dat hij het nog niet bereikt/gegrepen heeft. Toch kan en wil hij die weg gaan omdat hij door Christus gegrepen is. Dat is ook de enige mogelijkheid om die weg te gaan: Gegrepen zijn door Christus! Maar hoe wist Paulus dat hij door onze Heer gegrepen was? Door zijn bijzondere ‘arrestatie’ onderweg naar Damascus? Nee, daarbij bleef hij nog in het ongewisse over hoe liefdevol onze Heer over hem dacht en (al of niet) met hem verder wilde. In Handelingen 9 lezen we echter: ‘Saul, broeder, ik ben gezonden door de Heer, door Jezus, Die aan u verschenen is op de weg hierheen, om ervoor te zorgen dat u weer kunt zien en vervuld wordt met de heilige Geest. Meteen was het alsof de schellen hem van de ogen vielen, hij kon weer zien, stond op en liet zich dopen.‘ (Zie Handelingen 9 de verzen 15-18)

Opgemerkt 2: Die bijzondere ‘arrestatie’ van hem, die kon Paulus (dus) niet gebruiken om zichzelf en anderen ervan te overtuigen dat hij zich nu ook mocht beschouwen als een – en zelfs op een heel bijzondere manier – in Christus aangenomen kind van God. Niemand kon nagaan en bevestigen wat er nu werkelijk gebeurd en gezegd was daar onderweg en Paulus heeft het zelf ook nooit zo kunnen en willen gebruiken! Hij heeft er later wel over verteld, maar dan niet op die manier, dat het als bewijs voor hem en anderen zou gelden, dat hij zichzelf nu op grond daarvan als een kind van God mocht zien en aanvaarden, en dan nog wel met een bijzondere missie ook. Nee, dat eerste en dat laatste moest hij horen (!) uit de mond van een broeder, die hem toen ook heeft gedoopt.

Opgemerkt 3: De kinderen in de gemeente van Jezus Christus horen er helemaal bij en behoren daarom gedoopt te zijn. Wanneer wij sommige leden van de gemeente(n) of zelfs allen ernstig hebben te waarschuwen (ter voorkoming of bij reeds gebleken verachtering in de genade of zelfs blijken van ongeloof), dan zullen wij hen niet voor wolven/wolfjes houden of uitmaken, maar hen ernstig vermanen als geliefde kinderen van God, zoals dat bijvoorbeeld gebeurd in de brief aan de Hebreeën (zie 6 : 1-20 en 10 : 26-39) of met de woorden waarmee onze Heer sommige gemeenten in Klein Azie heeft gewaarschuwd (zie Openbaring 3 : 1-6 en 3 : 14-22).

Zie ook: ‘Misverstand over schapen en wolven en Gods eer…‘ en ‘Waartoe zijn wij uitverkoren

Bron citaat 1: RD Kerk & religie – ‘„Een ware christen wordt van een wolf veranderd in een schaap”’ – van RD-verslaggever.
Bron citaat 2: ‘Vertroost elkaar met deze woorden… – Citaat/meditatie 14 juni – Den Hertog uitgeverij (2022)

Maar nu het geloof gekomen is, staan we niet langer onder toezicht (van de wet), want door het geloof zijn jullie allen kinderen van God. Jullie allen die door de doop één met Christus bent geworden, hebben jullie met Christus omkleed.’ (…) ‘En omdat jullie Christus toebehoren, zijn jullie nakomelingen van Abraham, erfgenamen volgens de belofte.’ (Uit Galaten 3 uit de verzen 25-29)

Bron afbeelding: parentandchildbiblereading-com

Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie